“De jeugd moet laten zien dat ze beter zijn dan de ervaren mannen”

Afbeelding
Sport

Kees van der Molen manusje van alles VV Opende

OPENDE – VV Opende begon het vorige seizoen dramatisch met twee zware nederlagen- waaronder liefst 7-0 tegen streekgenoot Fc Grootegast-  en er kwam nog een derde verliespartij achteraan. De eindsprint leverde niet alleen de volle negen punten ook, maar dat was ook genoeg voor lijfsbehoud. Hoe het seizoen ook verloopt, het wordt in ieder geval een mooi seizoen, voorspelt Kees van der Molen, elftalleider en manusje van alles van de rood-witten.
Van der Molen, op vakantie in het ‘mooie’ Nederland,  voorziet ook een hele mooie competitie. Van der Molen doelt met name op de vele streekclubs in een straal van 50 kilometer.  Een van de aantrekkelijke tegenstanders is Niekerk, voor het eerst opponent van de Peendermantsjes. Van der Molen analyseert dan zijn eigen selectie, waarvan een aantal oudgedienden hun rentree maken: Mark Koop, Silko Hiemstra en Jellinus Helmus, een brok broodnodige ervaring. Mark Koop en Hendrik de Zwart, nog zo’n routinier, vormen dan het spitsenkoppel. “Henk Veenstra kan aanspeelpunt worden, ziet Kees de aanvalslinie al voor zich.  “De jeugd moet laten zien dat ze beter zijn dan de ervaren mannen. Dat is de uitdaging”, vindt de leider.  “Er is meer concurrentie. Neem de aangetrokken Fokke Kuipers, afkomstig van Harkemase Boys 2, dat reserve eerste klasse speelt. Dat is hoog niveau. Doelstelling is een periode. Ik hoop dat we bij de eerste vijf kunnen eindigen”. In de oefencampagne nam Opende onder meer deel aan de ‘Zilveren Schoen’-bokaal van Marum, vorig jaar nog tegenstander. De eerste thuiswedstrijd is tegen Ropta Boys, waar de ‘roden van Olde Wierden’  slechte herinneringen aan bewaren, want vorig seizoen werd twee keer verloren van de ploeg uit Oosternijkerk.  “Kanshebbers voor de titel?  Ik verwacht veel van VCR, Anjum en ASC’75”, noemt Van der Molen enkele namen.  Het wordt het tweede seizoen van Wietse van der Veen. “Hij verheugt zich op het nieuwe seizoen”, weet Van der Molen. “Ik heb al contact gehad met hem. De samenwerking met hem is monsterachtig. Het is fijn om met hem te werken.” Aan de technische staf zal het niet liggen. 

UIT DE KRANT