Grijpskerker predikant Freerk Hovinga op weg naar nieuwe uitdaging

Afbeelding
voorpagina groningen
“De ontkerkelijking is een feit, dat moeten we onder ogen zien”
GRIJPSKERK – Met pijn in het hart heeft predikant Freerk Hovinga ‘zijn’ gemeente in Grijpskerk verlaten. Eind juni konden de kerkgangers voor het laatst genieten van de inbreng van hun predikant in de PKN kerk aan de Nicolaas Grijpstraat. Alhoewel er een mooie uitdaging in het verschiet ligt in het dorp, kiest Hovinga er toch voor te verkassen naar Winterswijk. Op de valreep weet de Streekkrant nog een interview te regelen met de predikant waar Grijpskerk liefst 7,5 jaar lang met veel plezier naar heeft geluisterd. Een goed gesprek over de afgelopen jaren, de toekomst en het afscheid.
“Ik ben hier bijna 7,5 jaar geweest”, vertelt Freerk Hovinga, terwijl hij rondkijkt in het gebouw dat hij achterlaat voor een nieuw avontuur. “Je laat heel wat achter. Toch is het goed om na zoveel jaren te gaan. Na al die tijd hebben de mensen mij misschien ook wel gehoord en gezien. Een nieuwe predikant brengt een nieuw geluid met zich mee. Dat kan heel verfrissend werken.” Hovinga vertelt dat een predikant voor minimaal vier jaar wordt aangesteld, maar in de meeste gevallen blijven predikanten langer. “Daarbij houdt de landelijke kerk een periode van 12 jaar aan als aanbevolen maximale houdbaarheid”, zegt Hovinga. “Al is dat geen keihard gegeven. Er zullen ongetwijfeld predikanten te vinden zijn die langer aan hun gemeente verbonden zijn.” Zelf zwaait hij dus na ruim zeven jaar af. Het ideale moment, denkt Hovinga. Aan de uitdaging die in Grijpskerk ligt heeft zijn vertrek in ieder geval niet gelegen. “Zeker niet”, bevestigt hij. “De mensen uit Niezijl en Kommerzijl zijn recent bij deze kerk ingekomen, waardoor de gemeente weer in aantal is toegenomen.” Hovinga begrijpt dat de groei van Grijpskerk ten koste is gegaan van de kerken in beide dorpen, die hun functie inmiddels hebben verloren. “De ontkerkelijking is gewoon een feit”, zegt hij, “dat moeten we onder ogen zien. Dat is onderdeel van de uitdaging die hier in Grijpskerk, maar zeker ook in Winterswijk ligt. We moeten –als kerk zijnde- met z’n allen kijken hoe we een moderne kerk voor iedereen kunnen zijn. Naast de traditionele kerkdiensten kunnen we best kijken naar andere vormen om ook de jongere groep te bereiken. Of deze groep ooit terug in de kerk komt? Dat is misschien niet realistisch, maar ik wil er wel mee in contact blijven.” De uitdaging in Grijpskerk geeft Freerk Hovinga door aan zijn opvolger in Grijpskerk, terwijl hij zelf een nieuw avontuur aangaat in Winterswijk. “Een hele andere omgeving inderdaad”, lacht hij. “Ik voel gewoon dat dit het moment is om te gaan. Je moet vertrekken op het moment dat je het goed met elkaar hebt, niet op het moment dat men eigenlijk al op je uitgekeken is. Dat moment is nu. Bovendien is Winterswijk een mooie volgende stap. Grijpskerk was mijn eerste ‘eigen’ gemeente. De eerste keer dat ik op eigen benen sta. Of nou ja, ‘eigen benen’. We werken hier in een team van twee. Straks in Winterswijk werk ik in een team van zes. Dat is natuurlijk een hele andere manier van werken en een hele andere belevenis. Ook daar zal ik ongetwijfeld weer een hoop bijleren.” Hovinga kent geen twijfel of hij zich ook in zijn nieuwe omgeving thuis zal voelen. “Dat komt wel goed”, weet hij zeker. “Ik ben geboren in St. Anna Parochie en heb inmiddels op verschillende plekken in het Nederland gewoond. Ik voel me overal thuis, dus ongetwijfeld ook in Winterswijk.” Dat houdt niet in dat de predikant Grijpskerk niet zal missen. “Het is hier goed geweest en ik heb een mooie tijd gehad in Grijpskerk. Veel geleerd ook. Deze gemeenschap heeft mij het vertrouwen gegeven en daar ben ik dankbaar voor.” De stap is overigens niet uitzonderlijk. “Vroeger begonnen veel predikanten in een klein dorp en kwamen vervolgens in een steeds grotere plaats te staan”, legt hij uit. Of dat ook mijn doel is? Nee, een grote stad hoeft helemaal niet. Dat is niet mijn doel. Ik beschouw Winterswijk niet als een stap vooruit, het is een andere uitdaging en die moet je soms gewoon aangaan.”

UIT DE KRANT