“Ik ben niet in het college gestapt omdat ik de koffie wil inschenken, maar omdat ik iets wil bijdragen”

Afbeelding
voorpagina friesland

Gerda Postma verruilt donderdag raadszetel voor wethouderschap

BOELENSLAAN – In Achtkarspelen heeft zich een politieke aardverschuiving voorgedaan. Waar jarenlang de christelijke partijen de macht hadden is het de komende vier jaar de combinatie FNP, GBA en PvdA die gezamenlijk het college vormen. Voor de FNP blijft Marten van der Veen zitten. Nieuw zijn Max de Haan (GBA) en Gerda Postma (PvdA). De Streekkrant zocht de nieuwelingen op voor een tweeluik. Vandaag: Gerda Postma uit Boelenslaan.
Geboren in een CDA-nest koos Gerda Postma toch voor de PvdA als ‘haar’ partij. Inmiddels zit ze al acht jaar in de gemeenteraad en maakt ze komende week de overstap naar het college. Het sociaaldemocratisch gedachtengoed zit diep. “Bij toeval kwam ik in de non-profit sector te werken. Je gaat dan op een hele andere manier met je werk om. Het maakt soms ook diepe indrukken op je. Wat altijd al in mij zat, vond toen een plek.” Bewust koos ze voor de politiek nadat ze meerdere keren met zowel het rijk als de provincie in contact was gekomen. “Ik deed de administratie en merkte dat als je met een verhaal voor ouderen kwam, je een ander verhaal kreeg wanneer je voor jongeren kwam. Ik dacht toen: als ik er iets van wil vinden, dan kan ik beter proberen er zelf iets aan te veranderen.” Na een korte inventarisatie van het politieke spectrum kwam ze al snel bij de PvdA terecht. “Het is de partij waarbij ik mij op alle fronten thuis voel. Twee jaar voordat ik in de raad kwam heb ik mij aangemeld. Eerst als bestuurslid en zo kwam ik op plek 11 op de kieslijst te staan, dat was een bewuste keuze.” Toch kwam ze met voorkeursstemmen in de gemeenteraad. Zelf vermoed ze dat het ermee te maken had dat ze de eerste vrouw op de lijst was. “Ik heb ‘ja’ gezegd toen ik gevraagd werd, maar ook wel even getwijfeld. Ik had toen een hele zware job, maar iedereen zei dat ik er spijt van zou krijgen als ik het niet zou doen.” De twijfel ontstond omdat ze zich afvroeg of ze wel de voor haar belangrijke onderwerpen kon bespreken. “Ik dacht: gaan we het nou over lantaarnpalen en stoeptegels hebben en boeit mij dat genoeg? Ik hield mij op dat moment vooral bezig met het tegengaan van de werkloosheid. Natuurlijk ging het wel over die lantaarnpalen, maar het is me allemaal erg meegevallen.” In haar eerste raadsperiode maakte Postma’s PvdA deel uit van de coalitie, de afgelopen periode zat ze juist in de oppositie: een duidelijk verschil in de werkwijze. “Of je mee kunt doen in de oppositie hangt ervan af of je veel gegund wordt. De afgelopen periode is dat vrijwel nihil geweest. Wij hadden wel goede plannen, maar er was weinig oor voor.” Zelf hoopt ze dat de rol van de oppositie de komende jaren anders wordt. “Ik hoop dat de het vertrouwen in de coalitie zo goed is dat niet alles van te voren dicht getimmerd moet worden, waardoor we open naar de oppositie kunnen gaan. Zo ontstaat er echt ruimte voor alle partijen. Ik zal die uitnodiging naar hun blijven doen.” De portefeuille waar de kersverse wethouder voor verantwoordelijk wordt is breed. Niet alleen is zij verantwoordelijk voor een groot deel van de zorg, ook zal elk plan langs de afdeling financiën moeten, waar ze ook verantwoordelijk voor is. “Financiën moet een middel zijn en niet een doel op zich,” zegt Postma. “We willen een financieel solide organisatie hebben, zodat we daar niet teveel gedoe over hoeven hebben. De uitdaging ligt is bij mij het inhoudelijke. Zorg en participatie zijn voor mij heel belangrijk. Participatie doen we al, maar de decentralisaties van de zorg zullen de grootste uitdaging zijn.” Daarnaast krijgt armoedebestrijding prioriteit. “Al was de armoede niet best hoog, dan nog vind ik dat niemand in armoede moet leven. Ik geloof niet in: eigen schuld, dikke bult. Als mensen niet willen, dan ligt er vaak wat achter waardoor ze in die houding geschoten zijn.” Verschil maakt de PvdA volgens haar in het college door de sociale agenda nog uitdrukkelijker op de kaart te zetten. “Wat wij hebben vastgelegd is niet alleen de lokale agenda van GBA en FNP, maar ook de sociale agenda. Die heeft een duidelijke plek gekregen in het beleid en dat zullen de mensen ook gaan merken. Daarmee zeg ik niet dat ik er heel hard voor heb moeten strijden, want zij vinden het ook belangrijk. We willen heel nadrukkelijk uitgaan van de waarde van mensen. Daar hoop ik dat het PvdA-gezicht herkenbaar aanwezig zal zijn.” Met de komst van Postma heeft Achtkarspelen ook weer een vrouw als wethouder. “Ik hoop dat ik beoordeeld word op wat ik bijdraag en niet omdat ik een vrouw ben. Tegelijk is het wel belangrijk dat er evenwicht is tussen mannen en vrouwen die in het college zitten. Dat geeft namelijk ook evenwicht in de onderwerpen waar je aandacht aan besteed.” Een tip kreeg ze van haar vrienden wel. “Dat was: ga niet direct de koffie inschenken, want je komt er nooit meer van af. Ik heb het niet gedaan en de eerste twee keer hebben de mannen keurig de koffie ingeschonken. Nou moet ik zeggen dat ik Marten en zeker Max er ook niet van verdenk dat ze dat niet zouden willen doen.” Toch is ze duidelijk. “Ik ben niet in het college gestapt omdat ik de koffie wil inschenken, maar omdat ik iets wil bijdragen.” Foto: Binne Louw Katsma

UIT DE KRANT