Leekster sterrenkunde-student vond passie in coronatijd

Afbeelding
Foto: Jan Medema
Cultuur

LEEK – Stefan Drost is 18 jaar en sinds dit jaar begonnen aan de Rijksuniversiteit van Groningen met de studie sterrenkunde. Een keuze die niet zomaar gemaakt werd. Zijn interesse voor natuurkunde, en de coronapandemie die alles in zijn leven op een lager pitje zette, waren de ingrediënten voor deze beslissing. Nu fotografeert hij objecten in ons heelal met een speciale camera en bijbehorende telescoop.

‘Tijdens de coronaperiode was ik veel thuis. Onderwijs werd online gegeven. Ik zocht een manier om meer buiten te zijn.’ Die manier bracht hem niet alleen naar buiten, maar ook de lucht in. Kilometers ver. ‘Online zag ik een filmpje over iemand die foto’s maakte met zijn telescoop van nevels, geboorteplaatsen van onze sterren.’ Nevels en gaswolken, zijn termen uit de astronomie. Ook wel interstellaire gas- en stofwolken genoemd. Het hoeven niet persé geboorteplekken van sterren te zijn, maar kunnen ook wolken die in de laatste levensfase van de ster worden uitgestoten. Een zeer technisch verhaal, waar Stefan nogal wat uurtjes in heeft gestoken om het te kunnen begrijpen. ‘Na dat filmpje besloot ik om een telescoop aan te schaffen. Ik kocht een kindermodel voor een paar euro die het diezelfde dag nog begaf. Ik besloot er toch maar wat meer geld tegenaan te gooien. Online kwam ik een oud model tegen voor een schappelijke prijs in Breda. Met die heb ik één jaar veel plezier beleefd.’ Stefan weet nog goed toen hij voor het eerst door de telescoop keek. ‘Dat was echt bizar. Ik maakte toen nog geen foto’s, dus mijn hele familie moest erbij komen.’ Dat gaat tegenwoordig makkelijker. 

Fotograferen

Hij kocht een telescoop met een speciaal hiervoor bedoelde camera. De foto’s die hij weet te maken publiceert hij op zijn Instagram-account @Stefan.Astro. ‘Mensen onderschatten hoeveel tijd er in één foto zit. Het duurt al gauw twintig uur voordat een foto er is. Het heelal is namelijk vrij lichtarm. Als ik een foto maak, zie ik weinig. Ik kan de foto dan heel licht maken, maar het ruis in de foto is dan ook beter te zien. Om dit te voorkomen worden er tientallen foto’s gemaakt die ik combineer tot een uniek beeld.’ De camera van Stefan maakt zwart-wit foto’s. Doormiddel van verschillende kleurenfilters komt het beeld tot stand. ‘Het mooie is dat het slapend kan. Vlak voor ik naar bed ga zet ik de telescoop en de camera op een pilaar in mijn achtertuin. Ik stel alles in en ga dan slapen. De hele nacht maakt de telescoop foto’s die ik de volgende ochtend bewerk. Dat proces duurt bijna een complete dag.’ Na zijn middelbare school wilde Stefan de studie toegepaste natuurkunde of theoretische natuurkunde volgen. De interesse voor het heelal werd echter zo groot, dat hij na enig twijfelen besloot zich in te schrijven voor de studie sterrenkunde. ‘Na mijn bachelor wil ik sterrenkunde of werktuigbouwkunde gaan studeren. Afhankelijk van waar mijn interesses heen gaan. Op zich zou het mij ook interessant lijken om zelf een telescoop te kunnen bouwen.’ 

Nieuwe nevels ontdekt

Vrij regelmatig worden nieuwe nevels en gaswolken ontdekt. Die kunnen zich in andere sterrenstelsel bevinden, maar de meesten zijn aanwezig in het onze. ‘Maar zo’n nevel kan na jaren pas ontdekt worden. Vooral door amateurs.’ Deze ‘amateurs’ beschikken over sterke telescopen en hebben veel kennis. Zo heel amateuristisch zijn ze niet. De groep, die ook in Nederland groeit, kent beginnende astronomen en hobbyisten. ‘Een professioneel bedrijf wil niet veel tijd steken in het ontdekken van nevels. Dat komt omdat er veel tijd nodig is om een te ontdekken. Tijd kost geld. Amateurs hebben goedkoper apparatuur en meer tijd en daarom steken ze daar veel energie in. Dit is een select groepje die zich hier op richt. De meeste fotograferen wat al bekend is. Het bijzondere is dat sommige nevels die ontdekt worden, miljoenen jaren oud zijn. Niet allemaal zijn ze zo oud, de meeste zijn aan de jongere kant. Maar omdat ze pas gezien worden na een langer tijdsbestek en tientallen foto’s, komen we er pas veel later achter. Degene die het ontdekt, mag er zelf een naam aan geven. Zelf heb ik nog nooit eentje mogen ontdekken. Ik hoop ooit dat nog eens te mogen.’ Op dit moment kijkt Stefan op forums waar ontdekkingen worden gedeeld. Als hij een bijzonder object tegenkomt, stelt hij zijn telescoop hierop in om het zelf te kunnen zien. De ontwikkelingen volgt hij op de voet. De meest recente ontwikkeling is de James Webb-telescoop die de sterrenstelsels opnieuw, met meer resolutie in beeld brengt. Deze kan door middel van infraroodtechnologie door nevels heen kijken. Zie het als een wolk. We zien de wolk, maar wat daar achter zit is gissen. 

Sterrenstelsel in kaart

‘Ik ben ook zeer geïnteresseerd in Gaia, een ruimtelescoop. Deze is in 2013 gelanceerd en maakt sindsdien ontzettend veel foto’s. Deze telescoop maakt het mogelijk om afstanden tussen objecten te kunnen meten. Zo kunnen we het heelal nog nauwkeuriger in beeld brengen.’ De mooiste foto die Stefan heeft kunnen maken, is die van de M81 (Messier 81), ook wel het Bodestelsel genoemd. Het is een spiraalvormig sterrenstelsel in het sterrenbeeld Grote Beer. Op zijn foto is ook de IFN-stof te zien. Een stof die van buiten ons sterrenstelsel komt. Steeds meer zijn we in staat om te ontdekken hoe het heelal zich in de loop der jaren heeft gevormd. Stefan ziet dat zijn omgeving steeds meer geïnteresseerd raakt in sterrenkunde. ‘Ik kreeg in het begin meestal de vraag of ik een telescoop kocht om mijn buurvrouw te kunnen zien. Dat beeld is wel veranderd’, vertelt hij met een lach. Zijn interesse die in de coronapandemie ontstond, heeft tot nu toe veel voordeel gebracht tijdens zijn studie. ‘Gelukkig kende ik het assenstelsel dat zich concentreert op de Poolster. Een standaard die de universiteit ook gebruikt. De opleiding duurt in totaal vijf jaar. In de tussentijd hoop ik op dat ene moment, waar ik een onontdekt object in kaart mag brengen.’

Afbeelding

UIT DE KRANT