Plaats: Wilhelmina Rustoord Opende week 37 ‘14

|
| Foto: |
ongenode gast

Datum: 5 september
Tijd: 14.00 uur

De aller, aller, allerlaatste mogelijkheid voor voormalig personeel van het Wilhelmina Rustoord Opende om nog eens even een kijkje te nemen in het gebouw waar zij jarenlang werkten én woonden was afgelopen vrijdag tijdens een feestelijke reünie. Bijna tachtig oud-medewerkers hadden zich opgegeven voor de reünie. Sommigen hadden meer dan dertig jaar in het rustoord gewerkt, anderen slechts twee jaar. Maar hoe lang de met name dames ook hadden gewerkt in Opende, ze hadden allemaal één ding gemeen: ze beleefden vrijdag een feest der herkenning.
In het BaronTheater in Opende werden de oud-medewerkers welkom geheten door het reüniecomité. Pieter Bolhuis, die 35 jaar werkte in de keuken, kende bijna iedereen nog. In het Barontheater was met overgebleven attributen en foto’s een kleine expositie ingericht over de geschiedenis van het pand. Greet Nieuwland heette de oud-medewerkers welkom, waarna Huub Kamsma, het hoofd zorg en welzijn WRO, het eerste verzamelboek kreeg uitgereikt.
Na de toespraken vertrok het eerste groepje oud-medewerkers naar het WRO. In een huifkar of in een oldtimer werden de oud-medewerkers van het BaronTheater naar het WRO vervoerd.
Ik zit tegenover Feikje Boonstra en Tineke Bouma, die honderduit met elkaar praten. De beide dames woonden een tijdje intern in het rustoord, en hebben de grappigste verhalen over hun tijd daar. Of er ’s avonds wel eens vriendjes over de vloer kwamen? ‘Oh, jawel! Dat mocht natuurlijk eigenlijk niet, maar stiekem gebeurde er nog wel eens wat. Weet je nog de winter van ’79? Toen lag er zoveel sneeuw en waren we compleet afgesloten van de buitenwereld. Toen kwam Jan zelfs op de trekker langs!’ Ook Vokie Bolhuis heeft veel leuke herinneringen aan haar tijd in het WRO. ‘Achter onze kamers was een opslag waar kleding werd bewaard van bewoners die waren overleden. Als de leiding dan weg was, gingen wij wel eens stiekem die oude jurken tevoorschijn halen en ons daarmee verkleden en over de gangen rennen,’ lacht Bolhuis. ‘We waren toen een jaar of zestien, zeventien denk ik.’
In het WRO is het voor de dames een feest der herkenning. ‘Hier zat vroeger een toilet, en daar moet het mortuarium zijn geweest,’denkt Bouma hardop. Mieneke Alting, die de laatste twee jaar werkzaam was in het rustoord wijst de reünisten de weg door het oude gebouw. Door de jaren heen is er nogal eens iets veranderd in het gebouw, al is de basis oud gebleven. De (On)genode gast mag een kijkje nemen op de zolder, waar vroeger zelfs mensen overnachten. Een aantal reünisten volgt, en de verbazing is over en weer te zien. ‘Hebben wij hier wel geslapen? We mogen blij zijn dat hier nooit brand is uitgebroken. We waren allemaal hartstikke dood geweest,’ zegt één van de dames. In een andere ruimte, een verdieping lager, bekijkt Bouma haar oude kamer. Stomverbaasd is ze wanneer ze een sticker op de deur ontdekt. ‘Die sticker, die heb ik er nog opgeplakt! Die was van mijn eerste buitenlandse vakantie! Dat die hier nog hangt!’ Een andere oud-medewerker is daar niet zo verbaasd over. ‘De vloer van dertig jaar geleden ligt er hier ook nog in,’constateert hij. Pieter Bolhuis, die 35 jaar lang de baas was in de keuken, ontdekt hier nog een klok aan de wand. ‘Zonde om te laten hangen,’ zegt hij. ‘Die neem ik mee naar Zuidhorn, die hang ik daar in de keuken weer op,’ lacht hij. Buiten zit Alting te mijmeren over de tijd die geweest is en waar een einde aan is gekomen. ‘De oude schuur, toen ik hier net kwam werken heb ik nog wel eens geopperd om deze ruimte te verhuren voor conferenties of vergaderingen. Het was hier heerlijk werken, en de mensen woonden hier ook heerlijk. Ook al begrijpen we allemaal dat het financieel niet meer kon, het is natuurlijk eeuwig zonde dat dit gebouw moet sluiten. Wat er met het gebouw gaat gebeuren is nog niet bekend. Ik hoop dat het een goede bestemming krijgt. Er is hier door de jaren heen zoveel gebeurd, er ligt hier zo’n geschiedenis. Het zou zonde zijn als daar niets mee gebeuren zou.’ Nadat de oud-medewerkers uitgebreid het oude gebouw hebben bekeken en afscheid hebben genomen van hun oude stekje stappen zij weer in de huifkar die hen terugbrengt

|

UIT DE KRANT