Pim Cazemier doet nieuwe poging naar podium

Afbeelding
Sport

DEN HORN - Wanneer je door Den Horn rijdt, het spoor passeert en naar links kijkt zie je de boerderij liggen. Op deze donkere herfstavond zijn het alleen nog lampjes in de verte die verraden dat er daar midden in de weilanden een boerderij staat. De residentie van een beroemde schaatsfamilie. Het gezin Cazemier.
Vader Lex is niet alleen oud Nederlands kampioen marathonschaatsen, hij werd ook drie maal tweede en reed evenzo vele malen de Elfstedentocht. Maar ook de vrouw des huizes, Ypie was een meer dan verdienstelijk schaatsster en het echtpaar trekt er op de racefiets wekelijks nog twee maal samen op uit. ‘Mijn moeder reed twee Elfstedentochten. In 1985 wilde ze ook, maar had ze geen startbewijs. Daarnaast won ze drie keer de Noorderrondritten.” Cazemier blijkt een wandelende encyclopedie en lepelt gedetailleerd alle successen van zijn ouders op. “Vroeger wist ik ook alle tijden, maar dat begin ik een beetje kwijt te raken.”
Inmiddels heeft zoon Pim de honneurs al een aantal jaren overgenomen. Eerst als langebaanschaatser, waar hij als jongeling grote successen kende. Op zijn 19e werd hij wereldkampioen bij de junioren op de 1500 meter. Toen nog verreden op buitenijs, onder barre omstandigheden in Polen. Tijdens datzelfde WK werd Cazemier ook nog wereldkampioen bij de ploegenachtervolging. Enkele jaren geleden konden we de verrichtingen van de schaatser nog live volgen bij de NOS tijdens het NK allround. Inmiddels heeft hij, na lang aarzelen, de overstap gemaakt naar het marathonschaatsen. Een onderschatte tak van sport. 125 ronden hard rijden op een zaterdagavond. Oud langebaanschaatsers zoals Rintje Ritsma en Gianni Romme hebben ook wel eens een poging gedaan. Ze zakten door het ijs. Ofwel: ze werden er aan alle kanten afgereden. En wat te denken van de wedstrijden op natuurijs. Een alternatieve Elfstedentocht van 200 kilometer, vaak door sneeuw en wind. Alleen échte mannen en vrouwen doen aan marathonschaatsen. En Cazemier is zo’n man. In 2013 haalde hij als een van de weinigen, toevallig toen wél met een oud langebaanschaatser Erben Wennemars, de finish van de Alternatieve Elfstedentocht. Extreme sneeuwval en harde wind hadden het eerder nog zo rustige meer omgetoverd tot een heuse hel. Het parcours werd noodgedwongen ingekort en daar waar bijna iedereen bezweek onder de pijniging, harkte ‘IJzeren Pim’ zich een weg door de sneeuwstorm, gaf niet op en kwam als een van de weinigen over de finish. Met Danielle Bekkering uiteraard.
Inmiddels is het schaatsseizoen weer los gebarsten en is er alweer hard gereden in Amsterdam, Leeuwarden, Tilburg en afgelopen zaterdag in het vernieuwde Thialfstadion in Heerenveen, waar Cazemier voor de tweede maal in de top tien eindigde. De Den Hornster, schaatsend voor team Lasaulec is tevreden over de start en evenzo ambitieus. Als ieder jaar. Een podiumplek misschien dit jaar? Hij lacht bescheiden. “Dat hoop ik ieder jaar. En ik kom er ook steeds dichterbij, maar het is echt moeilijk. Er wordt gewoon keihard gereden en ik ben geen sprinter, dus moet een andere creatieve manier bedenken om mijn slag te slaan. Maar ik voel me sterk.”
De zuurstoftent waar hij afgelopen zomer een tijdje in logeerde is afgebroken en dat experiment krijgt voorlopig geen vervolg. Het nabootsen van een hoogtestage is de schaatser niet goed bevallen. “Eigenlijk had ik er meer van verwacht. Ik voelde me juist niet zo lekker nadat ik in de tent had geslapen. Het heeft me niet gebracht wat ik wilde.”
Dan maar zonder tent dus. Op eigen kracht er weer een mooi jaar van maken. Want het schaatsen zit hem in het bloed. Om de stakingen bij het langebaanschaatsen grinnikt hij een beetje. “Daar gaat het om tonnen. Hier krijg je geloof ik 150 euro als je als eerste over de streep komt. Wij zijn al hartstikke blij met mensen zoals de directeur van Lasaulec, Anne Laurens die ons sponsort. Dankzij zijn liefde voor de sport kunnen wij ons ding doen. Van zulke mensen is onze sport afhankelijk. Gelukkig zijn ze er. Maar het marathonschaatsen zal commercieel nooit zo aantrekkelijk worden als de langebaan. Daarvoor is deze sport te afhankelijk van winters. Wat dat betreft zou het heel goed zijn als we een hele lange strenge winter gaan krijgen.”

UIT DE KRANT

Lees ook