Ria Geerling

Vanaf 1974 zit ze er al bij, schat Ria Geerling. Ze is een van de veertien lezers uit de Leeskring van Grootegast. Op 26 oktober is de eerste bijeenkomst van het seizoen van de Leeskring in de bibliotheek. Daar wordt het eerste boek van het seizoen, Pristina, besproken. “We lezen één boek per maand in het winterseizoen. In totaal gaat het om vier boeken.” Pristina sprak Geerling niet zo aan. “Het is niet het mooiste boek wat ik ooit heb gelezen, maar het leuke is, dat je een boek ook niet mooi hoeft te vinden. Als iedereen een boek prachtig vindt, zijn we snel uitgepraat.”

Dat was bijvoorbeeld het geval bij een boek van Sue Townsend over de avonturen die Adrian Mole beleefde. “Dat vond iedereen een heel grappig boek.” Een boek waar de meningen zeer verdeeld over waren, is het boek We hebben nieuwe namen nodig van NoViolet Bulawayo, vertelt Geerling. Ze vertelt dat de boeken die ze lezen over verschillende onderwerpen gaan. “Van boeken over Zuid-Afrika tot aan boeken die over grappige onderwerpen gaan. Maar ook boeken over stelen of zelfmoord,” voegt ze eraan toe.

Bij het bespreken van de boeken ontstaat soms echt een discussie, vertelt Geerling. In groepjes van drie tot vier mensen lezen ze een boek. Ze herinnert zich de aller eerste keer dat ze naar een bijeenkomst van de Lezerskring van Grootegast ging. “Ik ging eigenlijk met wat weerzin. Waarom zou je een boek nog nabespreken als je het al gelezen hebt? Maar ik vond het heel leuk. Die omslag in denken kwam op het moment dat de bibliothecaresse die toen de bijeenkomsten leidde aan ons vroeg wat wij van de omslag van het boek vonden in verhouding tot de tekst. Of dat wel goed in balans was. Over zo’n vraag had ik nog niet eerder nagedacht.”

Volgens Geerling is dat het leuke aan de Leeskring. “Tijdens het bespreken ga je echt met andere ogen naar een boek kijken. Je ontdekt hoe je zelf over een boek denkt en dat jouw mening niet vanzelfsprekend is. Ik kijk uit naar komend seizoen. We hebben acht nieuwe lezers die ik nog niet gezien heb, het lijkt me leuk om hen te ontmoeten.” Er hangt volgens Geerling een goede sfeer bij de Leeskring. “Het voelt heel vertrouwd. Je komt binnen en je komt thuis.”