‘Voordeel is dat ik weet wat er in de groep leeft’

Ex-speler René van der Weij jonge trainer VV Buitenpost

BUITENPOST – VV Buitenpost schreef vorig jaar bijna historie. De Hoofdklasse was zóóó dichtbij voor de geliefde ‘Blauwkes’. Een herhaling ligt niet in de lijn der verwachtingen. Dat realiseert zich ook de nieuwe hoofdtrainer René van der Weij, die niet onbekend is op de Swadde. Hij is al jaren betrokken bij de blauw-witten.

“Ik heb alleen een andere functie”, legt fitnessinstructeur Van der Weij uit. Van assistent naar hoofdtrainer. En dan is hij nog ‘hoofd opleidingen’ bij Leovardia. De opvolger van Patrick Zwart: “Dat valt prima te combineren. Op dinsdag en donderdag ben ik in Buitenpost, de andere dagen in Leeuwarden”. Van der Weij kijkt terug op een geweldig seizoen, met bijna een absolute hoofdprijs, de Hoofdklasse. “Het smaakt naar meer. Maar het kunststukje herhalen zal lastig worden. Er zitten in deze klasse goede tegenstanders bij. Het is jammer dat Broekster Boys er niet meer bij is, waardoor we de derby missen. Het zijn gelijkwaardige tegenstanders, met een of twee uitschieters. Oranje Nassau (pikant: onder leiding van de vorige trainer van de Blauwkes, Patrick Zwart, red.) en PKC zullen weer hoge ogen gaan gooien. En Groen Geel. Voor ons staat voorop: dat we met de jongens uit eigen dorp een stabiele eerste klasser worden en dat de jeugd doorstroomt. Druk? Druk leg je voor jezelf op, als er zo dichtbij bent zoals vorig jaar (de promotiewedstrijd tegen het Zuid-Hollandse Leerdam, red.). Doelstelling is de eerste vijf. Ja, het is knap dat we met zoveel jonge jongens zover komen. We doen hier niet aan betalingen. De jongens zijn al jaren bij elkaar. Andere clubs halen om de paar jaar acht nieuwe spelers. Dat is niet ideaal. Deze jongens gaan ook met elkaar op stap en kunnen elkaar ook op fouten wijzen”. Van der Weij is pas 30 jaar. Erg jong voor een trainer. Dragende spelers als Dorjan Berisha en Jan Oppedijk zijn ouder. “Een nadeel? Drie jaar geleden ben ik zelf gestopt bij deze club. Ik weet wat er in de groep leeft. Ik sta tussen de spelers in en geef ze ook verantwoording. En ik kan als het moet beslissingen nemen. Ik ben een ambitieuze trainer, ik wil dat de jongens veel ‘voetballen’. Daarom train ik veel op positiespel. Van de opbouw tot het scheppen van kansen. Ik houd van aanvallend voetbal. Ik ben zelf ook aanvaller geweest. Laat maar zien, zeg ik. Welk systeem? We moeten kijken wat er bij de spelers past. Ik ga zeker spelers op andere posities uitproberen. Mijn voorbeeld als trainer? Ik heb getraind onder Henk de Jong (trainer Cambuur, red.) en ik heb veel geleerd van Jan de Jonge. Plezier vind ik heel belangrijk. ‘Na die tijd’ (bedoelt na de wedstrijd, red.) moet het ook goed zijn”.