Stilstaan bij tien jaar ondernemen in Zuidhorn

Afbeelding
voorpagina groningen

Jeroen Hummel; geen groene vingers, wél een portie positieve energie

NOORDHORN – Tien jaar geleden maakte een jonge Jeroen Hummel een grote stap. Hij nam ontslag bij zijn vaste baan en begon voor zichzelf, en dat alles in een krappe twee maanden tijd. Om stil te staan bij het tienjarig bestaan van Hummel Tuintotaal nodigde Jeroen oud-wethouder Rikus Hielema en burgemeester Bert Swart uit, om samen eens ‘een boom op te zetten’ over tien jaar ondernemen in Zuidhorn. Zijn vrouw Ciska trekt uiteindelijk de enige juiste conclusie over deze energieke ondernemer: “het is een wonder dat hij al zolang stil zit.”

Voor oud-wethouder Rikus Hielema was de opening van Hummel Tuintotaal, op 10 april 2003, ook een bijzonder moment. “Het was mijn eerste officiële handeling als locoburgemeester”, blikt hij terug. “Ik weet nog dat Klaassens nog maar net weg was. Toen Jeroen vroeg of ik zijn zaak wilde openen, was dat helemaal nieuw voor mij.” Het ging zoals gezegd allemaal snel, hetgeen achteraf wat “opwinding” opleverde. “Maar”, vindt Hielema, “Je bent blij met ondernemers in je gemeente, dus je moet niet kijken of iets niet kan, maar hoe het wel kan.” Om er nog aan toe te voegen met een instemmende Bert Swart: “Ik denk dat dat nog altijd de mentaliteit is hier in de gemeente”. Hielema twijfelde er toen al niet aan of Jeroen, nog maar 23 jaar, het als ondernemer ging redden. “Hij had ideeën; wilde dingen doen die anderen niet deden. Jeroen wilde alles een tweede kans geven. Oók planten. Normaal zie je bij een tuinontwerp dat er zo’n bak voor het huis komt en de tuin wordt leeg getrokken. Dat is niet hoe Jeroen werkt.”

Hielema’s visie kwam uit, maar niet alleen om de nieuwe dingen die Jeroen voor ogen had. Het gebrek aan groene vingers, “thuis ligt zelfs kunstgras”, maakt hij meer dan goed met een grote portie positieve energie. Iets waarnaar hij ook altijd streeft. “Mijn coach zei altijd: Zorg dat je meer energie krijgt van dingen dan dat het energie kost.” Na tien jaar is hij dan ook nog lang niet klaar met het ondernemen. “Of het nog een uitdaging is? Zeker. Leuk is het altijd nog meer. Voor mij is het niet een opgave. Ik werk met ‘to do-lijstjes’, zeg maar opdrachten en die probeer ik te realiseren. Achteraf kijk ik: wat heb ik goed gedaan, wat heb ik fout gedaan en wat kan ik bijschaven. Ik snap niet dat mensen zoveel denken in beperkingen. Er liggen zoveel mogelijkheden.”

“Merk je dat de markt onder druk staat?”, wil Bert Swart weten. “Ja, de bandbreedte wordt smaller”, is het eerlijke antwoord. “En die lange winter is iets wat de markt nu absoluut niet kan gebruiken”, voegt Jeroen er over het Nederlandse klimaat aan toe. Het ondernemersklimaat in Zuidhorn, dáárover is hij wel te spreken. “Ik denk dat Zuidhorn echt een dorp is om goodwill te verkopen. Waar mensen nog waardering hebben voor een stukje service.”

Hummel komt overigens veel verder dan dit dorp. “Hoe ver ga jij?”, vraagt Hielema zich dan ook af. “Nou, ook dat is een mooi verhaal”, lacht Hummel. “4600 kilometer. En nee, dat is niet voor de vakantie.” Sterker nog, Hummel legde onlangs contacten in Koerdistan, een autonome staat in Irak. “Ik denk dat daar een markt ligt. Ze hebben een imagoprobleem, maar daar moet je over heen stappen.” Hij ziet er kansen en is in gesprek om een park aan te leggen op de plek waar een gevangenis van Saddam Hoessein stond. Over de afstand en het feit dat het een hele andere wereld is, doet hij nuchter. “Als wij naar Gran Canaria vliegen, is dat verder.”

UIT DE KRANT

Lees ook