Zuidhorner zanger over de glorietijd van zijn band I Spy

Afbeelding
voorpagina groningen

ZUIDHORN- We waren een tijdje bijna beroemd geweest, vertelt zanger Aernout Steegstra van de band I Spy uit Zuidhorn. In Zuidhorn zullen inwoners Steegstra misschien kennen als fotograaf bij Rudie Wiersma Fotografie of van zijn Fotoschool Zuidhorn, maar hij is ook al 35 jaar frontman van I Spy. “Ik zit er sinds 1978 bij. We traden eind jaren 70 tot 90 veel op in het Groningse club circuit. In kroegen als The Bronx, De Koffer en Troubadour. Met het nummer ‘Last Dance’ kregen we veel aandacht. In die tijd was Frits Spits dé diskjockey en hij had elke dag in het programma De Avondspits tussen vijf en zeven. Hij was zo enthousiast dat hij dat nummer in één uur zelfs twee keer draaide.”

De jaren ’70 tot ’90 was een mooie tijd, herinnert Steegstra zich. “Toen was het mogelijk om veel op te treden in de kroeg. De kroegen mochten heel lang openblijven als er live-optredens waren en daar maakten muzikanten dankbaar gebruik van. Wij ook. We hebben in die tijd twee LP’s uitgebracht en acht singles. We maken onze eigen muziek. Dat is ook spannender om te doen en je krijgt fans om je eigen nummers,” vertelt de zanger. De band is ontstaan op de middelbare school met klasgenoten, zelf is hij er later bijgekomen. “Ik was student aan de Kunstacademie in Groningen en de band speelde daar en daar hoorde ikdat ze op zoek waren naar een nieuwe zanger. Dat wilde ik wel. Bij mijn auditie heb ik ‘Let it be’ van The Beatles gezongen, dat zat wel goed.”

Steegstra was altijd al bezig met muziek vertelt hij. “Al vanaf 1978 zit ik erbij. Maar daarvoor heb ik in een koor gezongen. De liedjes die we met de band spelen zijn geen liefdesliedjes maar filmische sfeertekeningen. Ze zijn over het algemeen een beetje broeiierig, bijna eng. Een voorbeeld daarvan is het nummer ‘Terminal One.’ Dat is geïnspireerd op de stad New York en het Grand Central Station. Dat is een prachtig mooi gebouw met een grote klok en hoge ramen. Als de zon daar doorschijnt, valt het licht op de marmeren vloer. Dat is zo’n prachtig gezicht. Ook is het station een plek waar mensen en treinen komen en gaan. Een nummer waarin ook een parallel getrokken wordt met de oorlog tussen de Joden en Palestijnen. Het nummer is ontstaan doordat onze bassist daar geweest is.”

Steegstra vindt het mooi dat het niet direct duidelijk is wat zij bedoelen in hun nummers. “Dat vond ik vroeger al toen ik zelf veel muziek luisterde. Het is mooi om bij een nummer zelf een bepaalde sfeer te interpreteren waarbij je in een bepaalde gemoedstoestand raakt. Je kunt het vergelijken met een schilder die abstracte schilderijen maakt. Daarop zie je ook niet direct iets herkenbaars, maar je hebt er meestal wel een bepaald gevoel bij.” Voor de zanger was muziek vroeger al iets heel bijzonders. “Je liep wekenlang een krantenwijk omdat je een LP wilde kopen. Je luisterde ook een stuk intensiever omdat de plaat 20 gulden kostte. Ik luisterde naar Jethro Tull, Genesis en Pink Floyd. Maar ook naar klassieke muziek en volksliedjes en David Bowie natuurlijk. Ik vind het erg jammer dat hij overleden is, maar voor mij is hij niet weg. Hij heeft namelijk zo’n grote muziekerfenis achtergelaten, daar kun je altijd naar blijven luisteren.”

De band I Spy heeft ook samen met de band Weekend uit Waikiki een plaat gemaakt. “Voor die plaat was onze artiestennaam Radio Orange en het album heet Mindreader. Het leuke is dat we daarbij samenwerkten met twee jongens die ook uit Zuidhorn komen, Thijs en Wijnand Helfrich.”

Het moment dat Steegstra het meest bijgebleven is? “Nou, in 1972 gaf Jethro Tull een optreden in een zaal in Rotterdam. Daar liftte ik als 14-jarige jongen stiekem naar toe zodat ik met mijn grote broer naar het concert kon gaan. Jaren later speelde ik zelf met de band in die zaal in het voorprogramma van Split Enz, dat gaf echt een kick,” lacht hij waarna hij kort pauzeert en besluit met: “Lid zijn van een band was voor mij, en ik denk voor veel jongens van mijn leeftijd, echt een jongensavontuur. Dit jaar nog komen we met een nieuwe plaat, mooier en rijper dan ooit”, glundert Steegstra.

UIT DE KRANT

Lees ook