Bert Nederveen terug als lijstduwer en hopelijk straks ook als wethouder

Afbeelding
voorpagina groningen

‘Na de herindeling had ik eigenlijk een compleet nieuwe baan’


KOMMERZIJL – Wethouder Bert Nederveen moest vorig jaar juni zijn werkzaamheden neerleggen toen er bij hem lymfeklierkanker werd geconstateerd. Inmiddels is hij genezen en voelt hij zich weer goed. Hij is klaar voor een nieuwe termijn als wethouder. Na 24 jaar in de lokale politiek hoopt hij de komende vier er bij op te kunnen tellen. Want juist in die lokale politiek, kun je echt iets voor anderen betekenen, meent hij. En de stap om wethouder te worden; ‘daar heb ik nooit spijt van gehad’.


Nederveen kreeg de politiek met de paplepel ingegoten. Zijn vader was 28 jaar raadslid waarvan twee periodes ook wethouder. ‘Daar werd thuis echt wel over gesproken, ja, over de politiek’. Hij was nog maar 16 toen hij samen met een vriend besloot de jeugdclub van het GPV (Gereformeerd Politiek Verbond) nieuw leven in te blazen. De eerste stappen waren gezet. Nederveen ontmoette zijn Aly en deze stadjer wilde graag terug naar het noorden. Van een jeugd in Hardinxveld-Giessendam en daarna een aantal jaren in Zwijndrecht, kwam hij samen met Aly in 1991 in Noordhorn terecht. Hij werd direct politiek actief, eerst in bestuursfuncties, in 1994 in de steunfractie en toen vanaf 1998 als raadslid. ‘Ik heb het altijd belangrijk gevonden om iets te doen voor de maatschappij’, vertelt hij. ‘We zijn hier niet  alleen om geld te verdienen en leuke dingen te doen. Het is belangrijk wat te doen voor andere mensen. En juist als raadslid kun je echt wat betekenen voor je eigen gemeente en je eigen omgeving.’


De partij bleef hij trouw, al fuseerde het GPV in 2000 met de RPF (Reformatorische Politieke Federatie) tot de ChristenUnie. ‘Het GPV was meer een klassieke bestuurderspartij’, vertelt Nederveen. ‘De RPF was in die jaren echt een getuigenispartij. Maar ik ben blij dat deze twee elkaar gevonden hebben. Zo hebben we het beste van twee werelden. De ChristenUnie heeft zich op een mooie manier ontwikkeld’, vervolgt hij. ‘Het is nu een volwassen partij die écht meedoet.’ Hij noemt de ChristenUnie een partij van betrokken bestuurders met een sociaal hart. ‘Bestuurders die echt bereid zijn verantwoordelijkheid te nemen. Er was landelijk heel veel kritiek dat we in het kabinet zijn gestapt, maar mede daardoor zit er wel een kabinet. Ik vind het altijd zo makkelijk om aan de zijlijn te roepen wat er allemaal niet goed is. Maar het gaat er niet om om zelf in de spotlights te staan; het gaat erom er te zijn voor de mensen.’


De politieke carrière van Nederveen dendert verder na die eerste periode als raadslid. In 2002 wordt hij fractievoorzitter van de partij en in 2006 wordt hij ook lijsttrekker. In 2010 komt de kans wethouderskandidaat te worden. ‘Ik ben vol overtuiging die uitdaging aangegaan’, blikt Nederveen terug. ‘Toen heb ik mijn baan opgezegd na 25 jaar bij dezelfde baas.’ De onzekerheid die ook bij deze plek hoort, heeft hem nooit gedeerd. ‘Ik heb er nooit zo bij stilgestaan dat het na die vier jaar ook over kon zijn. Gek eigenlijk, want ik heb bij mijn vader wel gezien dat hij tussen zijn wethoudersfuncties alleen maar tijdelijke banen had. Maar ik vond het gewoon mijn taak op dat moment en ik heb daar nooit spijt van gehad.’ Wennen was het wel: ‘ik was de laatste jaren manager bij een groot ICT-bedrijf. Ik was leidinggevende van ruim 40 mensen en reed 80.000 kilometer per jaar door heel Nederland. Ineens werkte ik vijf dagen in de week vanuit hetzelfde gemeentehuis waar ik met tien minuten fietsen al was.’


Een wethouder is als het ware een spin in het web, aldus Nederveen. ‘Je bent niet zelf de baas van de ambtenaren waar je mee werkt en hebt met veel partijen te maken: de gemeenteraad en ook collega-wethouders en de burgemeester. En natuurlijk met inwoners, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere bestuurders.’ Zijn partijkleur doet er minder toe. ‘Als wethouder ben je voor iedereen, in principe zit je er voor alle inwoners.’ Hij maakte nog een staartje van het monisme mee. ‘Toen was de wethouder nog lid van de raad. Nu met het dualisme is er meer afstand.’ Los van elkaar mogen we de raad en de wethouders niet zien, benadrukt Nederveen. ‘In de gemeenteraad worden voorstellen van het College behandeld. Ja, daar moet je verantwoording afleggen en dat is terecht ook. Ik heb geen hekel aan de raadsvergaderingen; daar gebeurt het gewoon.’


De financiën en het sociaal domein zijn vaste waarden in zijn portefeuille. ‘De laatste periode heb ik daar ook landbouw en natuur bij gekregen, dat vond ik heel leuk. Ik ben op het platteland grootgebracht en heb de eerste tien jaar van mijn leven naast een boerderij gewoond waar ik altijd was. De agrariërs zijn belangrijk, zeker ook in het Westerkwartier. Er gebeuren belangrijke dingen in deze sector. We hebben het programma Westerkwartier Natuurinclusief gestart, waarbij er meer aandacht is voor de natuur in deze sector. De agrariërs zijn lange tijd niet goed behandeld door de overheid. Er is genoeg te doen op dit vlak.’


De financiële man, dat is Nederveen al jaren. ‘Tja, op de één of andere manier past dat bij me’, lacht hij. ‘Het is niet een portefeuille waarvoor iedereen in de rij staat, terwijl de wethouder van Financiën eigenlijk bij heel veel dingen betrokken is. Ik vind eigenlijk dat er teveel macht ligt bij de wethouder van financiën. Echt goed financieel beleid doe je met zijn allen. Het is niet zo’n sexy portefeuille’, lacht Nederveen. Op de reactie dat hij hiermee niet op de barricades staat, reageert hij bevlogen. ‘Toch wel. Letterlijk zelfs de afgelopen jaren. Ik ben de afgelopen drie jaar lid van de VNG-commissie Financien geweest en daar heb ik kunnen laten horen hoeveel last je hebt van het beleid van de Rijksoverheid.’ Hij doelt daarmee op de verdeling van het Gemeentefonds, één van de belangrijkste inkomstenbronnen van de gemeente. Deze zou na een nieuwe verdeling zeer negatief uitpakken voor onder andere de gemeente Westerkwartier. ‘En dat kan tot nu toe niet goed verklaard worden. Mijn vervanger Pieter van der Zwan heeft ook deze rol uitstekend overgenomen.’


Sociaal domein heeft Nederveen ook al heel wat jaren onder zijn hoede. ‘Dat heeft echt mijn hart. Daar ben je er echt voor de mensen. Met woningbouw ben je er ook voor mensen, maar met het sociaal domein help je juist die kwetsbare mensen. Samen met Elly – Pastoor, red. – heb ik veel kunnen bereiken in de jeugdzorg en het minimabeleid.


De laatste periode voelde het als een compleet nieuwe baan, dit wethouderschap voor de gemeente Westerkwartier. ‘Een hele nieuwe gemeente. We hebben veel gedaan de afgelopen drie jaren. Maar er is ook nog genoeg te doen. Daar heb ik zin in. Het Westerkwartier is een heel mooi gebied. Je hebt het zuidelijk Westerkwartier met zijn Coulisselandschap en de houtwallen en dan ertegenover weer het Middag-Humsterland zijn karakteristieke sloten. Ik vind het Westerkwartier niet te groot voor een gemeente. Je kunt nu beter je ambtelijke organisatie neerzetten, bent minder kwetsbaar en kunt meer kwaliteit leveren. In de afgelopen drie jaren hebben we ook nog eens met Corona te maken gehad. We hebben maar één jaar normaal kunnen functioneren. Het staat echt goed in de steigers.’


Eén van de grotere uitdagingen voor de komende periode is het besluit over het nieuwe gemeentehuis. ‘Wat mij betreft kiezen we voor één gemeentehuis. Het is goed voor de ambtelijke organisatie om met zijn allen in één gebouw te zitten. Ik vind wel dat dit niet nadelig moet uitpakken voor de inwoners. We zullen echt stappen moeten maken om echt dichtbij te blijven. De ambtenaren moeten de dorpen in, ze doen dit nu ook al maar door Corona was dat lastiger. Maar verder: laten we eerlijk zijn, hoe vaak kom je in het gemeentehuis?’ Op de vraag of het niet een beetje zeer doet dat gemeentehuis van Zuidhorn los te laten, de plek waar hij met zoveel plezier zolang werkte, zegt hij met een lach: ‘Misschien maken we wel de keuze om in dat gebouw verder te gaan.’ De periode in Zuidhorn heeft wel een speciaal plekje in zijn hart. ‘Zuidhorn was een prachtige gemeente om voor te werken. Die laatste raadsperiode was een hele speciale. Ik wil niet zeggen dat het nu niet goed is, maar soms heb je gewoon dat alles meezit en dat was toen ook. We wonnen ook allemaal prijzen’, lacht hij om even stil te vallen. ‘Ik denk er echt nog wel eens aan terug, ook door het overlijden van Bert.’


Bert Swart, destijds burgemeester, overleed op 29 juni 2017 aan een ernstige ziekte. Nederveen werd zelf ook met ziekte geconfronteerd vorig jaar. Hij legde op 30 juni zijn werkzaamheden neer omdat de ziekte van Hodgkin (lymfeklierkanker) werd geconstateerd. Na chemotherapie en protonenbestalingen is hij genezen verklaard. Thuis in Kommerzijl zit hij er weer blakend van gezondheid bij. ‘In twee jaar ben ik hierheen verhuisd, kwam Corona en werd ik ziek. Ik ben nog nooit zoveel thuis geweest als in dit huis. Toen ik nog raadslid was, werkte ik daarnaast door het hele land. Ik at een snelle hap onderweg en reed direct door naar de raadszaal. Dat kon ook alleen doordat Aly hier echt achter stond’, benadrukt hij. In Kommerzijl hebben ze een waar paradijsje gecreëerd. Een beestenboel ook met twee varkens, wat geiten en kippen die om het huis te vinden zijn. Twee poezen en hond Kyra lopen er ook ergens tussendoor. Een prachtig plekje. Eentje dat ze graag delen overigens, want ze zijn ook een Rustpunt waar fietsers en wandelaars terecht kunnen voor een pauze met koffie of thee. ‘Het is hier zo mooi, daar mogen anderen ook van genieten.’

UIT DE KRANT

Lees ook