“De explosie was enorm; de motoren lagen vijfhonderd meter verderop”

Afbeelding
voorpagina groningen

Geese Bijstra was getuige van vliegtuigongeluk tijdens Tweede Wereldoorlog 


OPENDE – Het is 15 februari 1944 rond 23:00 uur als een vliegtuig laag boven de huizen in Opende vliegt. Het vliegtuig draait en maakt verschillende rondjes. Het is duidelijk dat het toestel in moeilijkheden verkeert. Het vliegtuig daalt steeds verder en sneller, en stort uiteindelijk neer op de kruising van de Kolonieweg/Openderweg. Een enorme explosie volgt. “Mijn vader heeft het ongeluk vanuit buiten zien gebeuren”, vertelt Geese Bijstra uit Opende. “Zelf lag ik op dat moment al op bed. Mijn vader stond buiten met zijn handen in het haar. Het enige wat hij nog zag, was een enorme vuurzee. Het was duidelijk dat er geen enkele mogelijkheid bestond dat er nog overlevenden zouden zijn”.

Na de enorme explosie werd de destijds achtjarige Bijstra kort wakker en werd ook voor hem duidelijk wat er was gebeurd. Zelf mocht hij op dat moment geen kijkje nemen bij het neergestorte vliegtuig, maar dat deden zijn vader en oudere broer wel. “Dichtbij wilden zij echter niet komen, omdat het vliegtuig, dat van de Australiërs was, volgeladen was met munitie”, vertelt de inwoner van Opende. “Er was dus een kans dat er nog meer ontploffingen zouden komen. Op het weiland lagen overigens overal kleine stukken van het vliegtuig en ook de ledematen van de passagiers waren op verschillende plekken terug te vinden. Het was heel heftig”. Lang konden vader en broer Bijstra echter niet blijven kijken. Een paar minuten nadat zij aankwamen, waren namelijk ook de Duitsers al ter plaatse.

“De volgende dag ging ik om 8.00 uur ’s ochtends, voordat ik naar school moest, kijken op de plek waar het vliegtuig was neergestort”, vertelt Bijstra. “Op dat moment werd het volledig bewaakt door de Duitsers. Er was nog weinig van het vliegtuig te zien, omdat het toestel helemaal was geëxplodeerd. In het vliegtuig zaten in totaal zeven mensen, maar op dat moment wisten we dat nog niet. Wij wisten niet wat er in het toestel zat en wat er was gebeurd. Dat werd pas later bekend”. Na enkele dagen verlieten de Duitsers het terrein en was de luchtbescherming ter plaatse. Eén van hen heeft zelfs bij meneer Bijstra in de kost gezeten. “Zij zorgden ervoor dat het vliegtuig werd opgeruimd. Bovendien werd toen ook duidelijk wat er was gebeurd. Het toestel zou om 16:57 uur zijn opgestegen vanuit Yorkshire voor een bombardement in Berlijn. Het zou zijn aangeschoten door de Duitsers, waarna het vliegtuig met een slink in Opende is neergekomen. De piloot heeft nog geprobeerd om een noodlanding te maken, maar dat lukte niet. Het toestel ging een aantal keren over de kop en heeft maar liefst tien elzenbomen omver gevlogen. De klap was enorm. Het zegt genoeg dat de motoren vijfhonderd meter verderop lagen”.

Bij het opruimen namen ook Bijstra, zijn broer en een aantal vrienden regelmatig een kijkje. Dit mocht eigenlijk niet van de Duitsers, maar ze konden het niet laten om op zoek te gaan naar resten van het toestel. “Mijn broer heeft toen onder andere nog een cape en de kruk van het vliegtuig gevonden”, vertelt Bijstra. “Een moeder van een klasgenoot had toevallig het adres van de moeder van de gezagvoerder van het verongelukte vliegtuig. Wij besloten om deze voorwerpen op te sturen naar haar, zodat zij een herinnering had aan haar zoon. We kregen ook een brief terug, waarin stond dat ze ontzettend dankbaar was. Of de cape daadwerkelijk van haar zoon was, wist ze niet. Ze hechtte vooral heel veel waarde aan de kruk, omdat ze wist dat haar zoon dit voorwerp had aangeraakt”.

Na de Tweede Wereldoorlog werd besloten om een monument te plaatsen voor de omgekomen Australiërs. Deze werd geplaatst in Opende, waar ook de soldaten waren begraven. “Op deze plek lagen ook andere soldaten, die waren omgekomen bij een vliegtuigongeluk in Kortwoude”, legt Bijstra uit. “Deze werden echter in 1950 opgegraven en naar een andere locatie verplaatst”. Het monument in Opende heeft Bijstra inmiddels 42 jaar in onderhoud. Dit doet hij met alle liefde. “Het is een klein beetje mijn monument. Ik heb er zo ontzettend veel herinneringen aan. Het is heel bijzonder dat ik dit als achtjarige jongen heb meegemaakt. Ik weet nog wel dat ik het heel stoer vond dat ik erover mocht vertellen op de basisschool”. Naast het monument heeft Bijstra uiteraard ook in zijn hoofd en archief vele herinneringen aan het vliegtuigongeluk. En bovendien heeft hij meer. “Ik heb een foto van de Duitse piloot die het toestel heeft aangeschoten en bovendien liggen in de woonkamer nog altijd twee hele kleine stukken van het toestel uit 1944. Het zijn hele kleine onderdelen. Verder was van het vliegtuig echt niets meer over”, besluit de inwoner van Opende.

Herdenking
Afgelopen zondag heeft Bijstra, samen met burgemeester Ard van der Tuuk, een krans gelegd bij het monument. Hiermee werden onder andere de Australische en Nieuw-Zeelandse slachtoffers herdacht in het kader van Remembrance Day. De Rembrance Day is de dag waarop Australië en Nieuw-Zeeland samen met de andere gemenebestlanden de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog herdenken en van alle oorlogen die daarop volgden. Traditioneel is deze herdenkingsdag op de zondag dichtst bij 11 november, dit jaar was dat 8 november. De gemeente staat jaarlijks stil bij deze dag om solidair te zijn met de zustergemeenten Kingborough Council in Australië en Tasman District in Nieuw-Zeeland. Elk jaar wordt er twee minuten stilte gehouden op Remembrance Day in Den Haag. Dit jaar organiseerde de Australische ambassade de ceremonie. Vanwege de coronamaatregelen kon deze echter niet in gebruikelijke vorm doorgaan. Burgemeester Van der Tuuk keek daarom via een liveverbinding mee met de ceremonie die plaatsvond in de Anglicaanse Kerk van St John & St Philip in Den Haag. Daarnaast legde de Australische ambassadeur Matthew Neuhaus op de Westduin begraafplaats in Den Haag ook namens de gemeente Westerkwartier een krans neer.

UIT DE KRANT

Lees ook