‘Bewoners wonen hier relatief kort, die moet je zoveel mogelijk tegemoet komen met wat zij prettig vinden’

||||||||||
|||||||||| Foto: ||||||||||
voorpagina groningen

Al twee jaar nu, heeft de coronapandemie de wereld in de greep. In alle lagen van de bevolking is corona voelbaar. Jongeren missen hun vrienden en de feestjes, ouderen voelen zich eenzaam door het gebrek aan bezoek van familie. Ook het Hooge Heem werd hard getroffen door de uitbraak van het virus. Maar het verpleeghuis laat zich niet kisten. Medewerkers trekken alles uit de kast om er voor bewoners een feestje van te maken. De Streekkrant heeft de uitzonderlijke positie om een ochtend mee te draaien met het team van het verpleeghuis in Grootegast. Communis opinio: bewoners en personeel prijzen zich gelukkig.

Een warme kerst op het Hooge Heem



Woensdagochtend 9:00 uur. Dieneke Schipper wacht de redacteur van de Streekkrant op bij de hoofdingang van het Hooge Heem aan De Gast in Grootegast. Dieneke is welzijnscoördinator bij het verpleeghuis. Twee jaar geleden werd ze binnengehaald door directeur Klaas Lindeboom. Aan haar als ervaringsdeskundige de uitdaging om ‘welzijn’ op de kaart te zetten op het Hooge Heem. Er moest meer reuring in de tent komen voor bewoners, was de mening van de directeur. Er zat te weinig regelmaat in de activiteiten vond hij.


Dieneke werkte bij een andere zorginstantie als verantwoordelijke voor het welzijn van bewoners. Dat ze op haar drieënzestigste nog een keer gevraagd zou worden voor een nieuwe job had ze niet zien aankomen. Toch aarzelde ze geen moment. Ze kwam, zag en overwon. Ze zorgde voor een aantrekkelijk activiteitenprogramma voor de 104 bewoners van het eigentijds gebouwde verpleeghuis. Op het Hooge Heem zijn er ouderen die een eigen appartement bewonen en bewoners die hun dag doorbrengen in één van de vijf riante huiskamers van het verpleeghuis. De behoefte van bewoners van het Hooge Heem ligt voornamelijk op één lijn: vermaak, gezelligheid en sociaal contact. Dieneke snapt het als geen ander. Net als dat ritme en regelmaat werkt. Niet één keer per maand sjoelen, maar het liefst iedere week op een vast tijdstip. Ook introduceerde ze het ‘Atelier’: tekenen, schilderen, breien en tijd voor andere hobby’s op vrijdagmiddag. Voornamelijk een vrouwenaangelegenheid. Voor de heren des huizes zette ze de mannenclub op de menukaart: gezellig aan de borrel en moppentappen. ‘Alle mannen zitten gezellig te kletsen over vroeger met een advocaatje erbij. Af en toe is het een behoorlijke herrie op vrijdagmiddag’, lacht Dieneke die zich gelukkig prijst met de zo’n honderdvijfentwintig vrijwilligers van het Hooge Heem. ‘Zeker, dat zijn er best veel. Maar ze zijn ook keihard nodig. Hier wordt een hoop georganiseerd. Neem alleen al de bingo op maandagmiddag, die zit helemaal vol. En op maandagochtend is er gymnastiek waar ook buurtbewoners aan mee mogen doen. De hele week zijn er iedere dag activiteiten, dat is belangrijk voor het welzijn van de bewoners, ze kijken er echt naar uit.’


Rob Dolislager (vader van oud-Streekkrantredacteur Johannes Dolislager)is coördinator Gastvrijheid. Hij werkt bijna 22 jaar op het Hooge Heem. Als je de veertien jaar toen hij er begon er bij optelt zijn het er 36. Vijf jaar is hij er tussenuit geweest om de keuken in Beatrixoord te bestieren. Ook bij het Hooge Heem was hij jarenlang hoofd keuken en hoofd voeding. Afgelopen februari is hij gestopt met de leidinggevende functie. ‘Klaas vroeg me: hoe wil je de laatste twee jaar op het Hooge Heem doorbrengen? Daarna is mijn pensioentijd aangebroken. Ik heb gekozen voor coördinator Gastvrijheid. Het doel is om het niveau van gastvrijheid in brede zin te verhogen’, vertelt Rob die heel wat plannen heeft, maar helaas beperkt wordt door corona. ‘We hebben hier een geweldig restaurant, dat willen we breder onder de aandacht brengen. Ook mensen uit de buurt mogen hier aanschuiven. Nu even niet natuurlijk, dat is zo jammer. Hetzelfde geldt voor de arrangementen, lunch en borrelplankjes voor feestjes en gelegenheden. We hebben zat ideeën, maar op dit moment kunnen we er niks mee’, zegt Rob die, nu er gaten in de planning zijn gevallen, tijdelijk plaatsvervangend hoofd keuken is. Hij maakt het zijn gasten graag naar de zin. ‘Ik vraag vaak: waar hebben jullie zin in? Gortepap? Drie keer in de week kipfilet? Regelen we. Nee is er niet bij hier. Bewoners wonen hier relatief kort, die moet je zoveel mogelijk tegemoet komen met wat zij prettig vinden. Als iemand graag iets wil wat ze vroeger gewend waren, moet je kijken hoe je dat kunt organiseren.’ Toen Rob als 21-jarige jongen begon op het Hooge Heem, leverde de slager het vlees, de groenteboer de groente en de bakker het brood. In de loop der jaren veranderden de regels: de groothandel leverde alles. Rob heeft de lokale leveranciers weer binnengekregen. Hij is bezig met de Gebiedscoöperatie die stimuleert om zoveel mogelijk producten lokaal te betrekken. ‘Het stukje rundvlees van de slager is voor veel mensen een beleving van vroeger. Sommige bewoners helpen mee om de boontjes te punten en de spruiten te doppen. Dat zijn mooie dingen. Korte lijntjes met de bakker zijn handig voor verjaardagen. En bovendien: het mes snijdt aan twee kanten. Nu blijft het geld in onze eigen omgeving.’


Diner voor twee


Rob zag in 36 jaar tijd het Hooge Heem veranderen. Toen hij begon was het een bejaardencentrum. Sommige bewoners hadden zelfs een auto voor de deur. ‘Vroeger ging je naar het bejaardencentrum als zestigplusser. Lekker makkelijk. Je pakt de fiets of de auto naar het dorp en komt om twaalf uur terug voor het eten. Niet meer voor te stellen. Nu kun je alleen een plek krijgen als het echt niet meer gaat. De mobiliteit die er toen was is weg.’ De sfeer, de saamhorigheid en de collegialiteit onder het personeel maken dat Rob nog nooit één dag met tegenzin naar zijn werk is gegaan. ‘De sfeer is gemoedelijk. Ik heb altijd het gevoel gehad: we doen het hier met z’n allen. Niemand doet moeilijk als er een keer iets geschoven moet worden. We kijken graag naar mogelijkheden. Wat kan er wel? Het restaurant is dicht met kerst. Daarom organiseren we voor bewoners die hier individueel wonen een diner voor twee. Op een mooi gedekte tafel in hun eigen appartement serveren we het kerstdiner. Bewoners mogen zelf kiezen wie ze uitnodigen. Van de Vrienden van het Hooge Heem krijgen ze een kerststukje en een flesje wijn. Hoe mooi is dat?’


Eerst Verantwoordelijke Verzorgende (EVV’er) Truus van der Wier werkt al 16 jaar op het Hooge Heem. Ze werkt op een afdeling met dementerende ouderen. Met ontzettend veel plezier. ‘Je werkt met een groep waarvan de meesten niet meer kunnen praten. Aanraken en voelen zijn belangrijke dingen. Een arm om iemand heenslaan als ze verdrietig zijn. Hier werken veel mensen uit de omgeving. Die verbondenheid voel je. Het is een hele stap om van uit huis hier naar toe te gaan. De meeste mensen die hier nieuw komen zijn eerst wat op zichzelf. Langzamerhand zoeken ze de gezelligheid op. Er is altijd een vast en vertrouwd team op de huiskamers. We drinken koffie met de bewoners en doen spelletjes. Sinterklaasavond vieren we met cadeautjes en gedichtjes. Nu is de huiskamer helemaal versierd in kerststijl.’ Een bewoner van de huiskamer komt even met zijn rollator koekeloeren hoe de boom erbij staat. Hij knikt tevreden. ‘We spelen bingo en maken een kerspuzzel. Bewoners genieten ervan. Aan ‘pyjamadagen’ zoals je weleens hoort, doen we niet. Triest vind ik dat. Koken doen we zelf op de huiskamers. Wat er op het kerstmenu staat? Sowieso rollade en stoofpeertjes.’


Ciska Bos neemt de redacteur van de Streekkrant mee naar buiten. Zij kwam op het idee om een Dorpstuun te beginnen in Grootegast. Een tuin waar mensen in de buurt en kinderen gewassen kunnen planten en oogsten. Ciska was op zoek naar verbinding in het dorp, een plek waar mensen elkaar ontmoeten en een praatje aangaan. Klaas Lindeboom kreeg lucht van haar plannen en bood spontaan de tuin van het Hooge Heem aan. ‘Bewoners vinden het leuk: eem kiek’n hoe ’t met de boonties staat’. De oogst zit er inmiddels op en de boerenkool heeft plaatsgemaakt voor een prachtige kerstboom. En in die kerstwensboom mag iedereen die dat wil een kerstwens hangen. ‘Samenspel is belangrijk, dat geeft meerwaarde.’


Serenade


Onderweg lopen we de heer Renkema tegen het lijf. Hij heeft even een rondje gewandeld met zijn Mercedes. Lekker in de buitenlucht in de tuinen van het Hooge Heem. Meneer is van plan morgen een serenade op zijn tuba te brengen aan een medewerkster. Zijn grote favoriet Celine verhuist naar een andere afdeling binnen het verpleeghuis. Renkema gaat haar missen, want ze is heel lief, vertelt hij. Renkema nodigt de nieuwgierig geworden redacteur uit om de tuba te komen bekijken. ‘Ik heb 75 jaar bij de Woudklank gespeeld. Ik was een jongentje van acht toen ik daar kwam. De tuba heb ik gekregen bij mijn afscheid.’ Uit een grote zwarte koffer pakt Renkema zijn blaasinstrument. Spontaan begint de oude baas een stukje te spelen. Hij glundert van oor tot oor. Met die serenade voor Celine zit het wel snor.


Dieneke staat op de gang te wachten. We moeten zeker nog even bij mevrouw Storteboom langs zegt ze. Mevrouw woont al een jaar of negen in het verpleeghuis. Eerst op haarzelf in een appartement, maar toen het lopen moeilijker werd, is ze verkast naar een kamer op de begane grond. Dat leek haar beter, want anders moet ze steeds opgehaald worden. Ook zo’n gedoe voor het personeel, vindt ze. Dieneke vraagt of ze misschien even alleen wil zijn met de journalist van de Streekkrant. Mevrouw Storteboom lijkt het een goed plan. Kan ze even lekker roddelen, grapt ze. Gezelligheid troef in haar appartement. Overal hangen lichtjes en aan kerststukken ontbreekt het niet. Storteboom is een tevreden mens. Ze heeft het naar haar zin. ‘Er wordt hier zoveel georganiseerd, dat maakt het zo leuk. Gisteren had ik een snipperdag. Moest ik de hele dag thuisblijven. Stokje in de neus, haha. Maar ik heb het niet hoor.’ Ondertussen wandelt buurman Plantinga naar binnen. Hij zag de deur openstaan en was wel toe aan een gezellig praatje met de buuf. Plantinga houdt er niet van om alleen te zijn, zegt hij. Hij mist soms wel eens wat gezelschap. Van de mannenclub heeft –ie nog nooit gehoord. Gelukkig weet Dieneke beter. Plantinga schuift regelmatig aan op vrijdagmiddag. Over Dieneke overigens geen kwaad woord. Ze is open en heel toegankelijk, vindt mevrouw Storteboom. ‘Ik heb heel veel steun aan haar.’


Vrijdagavond is het kerstavond. Een avond die helemaal in het teken staat van het kerstgevoel weet Dieneke. ‘We gaan een kerstverhaal voorlezen, het meisje met de Zwavelstokjes. Daarna gaan we samen kerstliedjes zingen onder het genot van een hapje en een drankje.’ Met een warm gevoel verlaten we het verpleeghuis aan De Gast. Gelukkige bewoners, liefdevolle medewerkers en een prachtige ambiance. Hoe mooi wil je het hebben?




||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||
||||||||||

UIT DE KRANT

Lees ook