Gemeente onderzoekt mogelijke warmtewinning uit Van Starkenborghkanaal

Afbeelding
voorpagina groningen

ZUIDHORN - De gemeente Westerkwartier onderzoekt momenteel de technische en financiële mogelijkheden, om in de nabije toekomst woningen te verwarmen door gebruik te maken van warmte uit oppervlaktewater. De gemeente maakt daarbij gebruik van de kennis en expertise van het onderzoeksbureaus TAUW en Syntraal. De daarbij toepasbare techniek, die aquathermie wordt genoemd, werkt het beste bij stromend water, omdat dan telkens vers water wordt aangevoerd. Als voorbeeld kan daarbij het Van Starkenborghkanaal genoemd worden, waarin het water van oost naar west kilometerslang door de gemeente Westerkwartier stroomt. Het water is in de zomermaanden het warmst. Kortgezegd komt het erop neer, dat met behulp van een warmtewisselaar het water op enkele tientallen meters onder de grond wordt opgeslagen. In de koudere maanden wordt het vervolgens gebruikt voor het verwarmen van woningen. Het opgeslagen water wordt via een netwerk van leidingen getransporteerd naar de aangesloten woningen. Daar wordt het water met behulp van een warmtepomp verder opgewarmd. Omdat de waterpomp warmte uit het water gebruikt, hoeft het geen warmte meer uit de lucht te halen. Dit spaart energie.


Verantwoordelijk wethouder Bé Schollema is hoopvol gestemd: “Wij staan voor een belangrijke opdracht en uitdaging. Voor alle 30.000 woningen in onze gemeente, gaan we bedenken hoe we deze in de nabije toekomst op een betaalbare en verantwoorde manier gaan verwarmen. De techniek die wij nu laten onderzoeken, is daar één van. Ik ben van mening dat het verwarmen op verschillende manieren moet. Zo ben je niet van één systeem afhankelijk. De grote vraag is hoeveel warmte je kunt opslaan en hoeveel woningen we daarmee kunnen verwarmen. Als de huizen te ver van het water staan, verlies je te veel warmte. Daarom richten wij ons eerst op de dorpen Aduard, Zuidhorn en Grijpskerk, omdat die aan of relatief dichtbij het Van Starkenborghkanaal liggen”. De techniek wordt elders al succesvol toegepast. Omdat de bodem overal anders kan zijn, is uitgebreid en nauwkeurig onderzoek naar de mogelijkheden nodig. De opslagpunten moeten minimaal 600 meter uit elkaar liggen. Er kunnen per opslagpunt ongeveer 500 woningen verwarmd worden. Schollema: “Uiteraard is het van groot belang dat naast de haalbaarheid ook de betaalbaarheid wordt onderzocht”.


Draagvlak bewoners belangrijk


Joost Smits, beleidsmedewerker duurzaamheid bij de gemeente Westerkwartier, is nauw bij het onderzoek betrokken. Ook hij is hoopvol gestemd: “Het is uiteraard van groot belang dat eerst de haalbaarheid wordt vastgesteld. Er moet ook draagvlak zijn bij de bewoners van de dorpen die in aanmerking komen. Begin oktober hebben we voor een ongeveer 20 geïnteresseerden een klankbordgroep gehouden. Het is van groot belang dat we bewoners erbij betrekken en mee laten praten. De bijeenkomst is goed verlopen. De aanwezigen waren uiteraard benieuwd, maar ook positief kritisch. Er komt zeker een vervolg op deze bijeenkomst. Ook laten we op redelijk korte termijn onderzoek doen naar de mogelijkheden in de dorpen Leek en Tolbert”. Wethouder Schollema ziet de gemeente als een soort aanjager van het project, maar geeft daarbij aan dat hij niet aan een dood paard wil trekken: “Naast dat het haalbaar en betaalbaar moet zijn, vinden wij draagvlak onder de bewoners van groot belang. Dat kan niet als we er éénzijdig voor willen gaan, dus moet het met zoveel mogelijk instemming en begrip van onze inwoners gaan gebeuren”.

UIT DE KRANT