Giro d’Italia wedstrijd van het jaar voor Bauke Mollema

|
| Foto: |
Sport
‘Stiekem ga ik voor de eerste plaats’ De belangrijkste wedstrijd van het jaar is begonnen voor Bauke Mollema. Dat is dit jaar niet de Tour de France, maar de Giro d’ Italia. Door de komst van Alberto Contador is de rol van de oud-Zuidhorner iets veranderd. Contador is de man die de Tour moet winnen voor de trek-Segafredo formatie en Mollema moet hem daarbij helpen. Daardoor is er ruimte gekomen om de Giro te gaan rijden. Een van de grootste wedstrijden op de wielerkalander en Trek stuurt Mollema als kopman Italië in die op zijn beurt hoopt op ‘man tegen man’gevechten. Dat zou zo maar eens kunnen. Sky en Movistar zullen de koers controleren en daar kunnen wij ons voordeel mee doen. Dat kan uiteindelijk mooie gevechten opleveren.”
Mollema heeft er zin in en gaat voor weinig anders dan de eindzege. “Dat zal een hele lastige klus worden. Natuurlijk heb ik vanwege de Tour niet de aller sterkste formatie om me heen, maar ik heb me goed voorbereid. Heb behoorlijk wat etappes verkend en het parcours ligt me wel.” Mollema reed de Giro eenmaal eerder in 2010 en werd toen twaalfde bij zijn ‘Girodebuut” . ‘Ik bewaar er goede herinneringen aan. Het parcours is wat onvoorspelbaar. Aankomsten die toch net niet vlak zijn, smalle straatjes, slechte wegen. Het heeft iets.” Het worden weken waarin de renner weer aanspraak zal moeten doen op zijn karakter en vasthoudendheid. “Het zullen wel zware dagen gaan worden, maar ik kan niet wachten. Het aftellen duurt lang.” Het is een paar dagen voor de start en Mollema vertelt over zijn uitzicht vanuit het hotel in Sardinië: “Ik kijk uit over de zee, geweldig, al heb ik dat thuis ook. Daar is de zee vaak ruig, hier lijkt het wel een spiegel. Heel rustgevend.” Over het hotel is het enthousiasme  minder. “We hebben geen internet. Dat kan toch eigenlijk niet. We zitten boven opeen berg, het oogt allemaal wat oud. Oude gordijnen, van die oude houten wanden. Best knus, maar wel wat gedateerd. Zo dadelijk ga ik nog drie uurtjes trainen en morgen (donderdag) hebben we een ploegenpresentatie. Zaterdag kan ik eindelijk los.” De kopman van “Trek” die al weer weken van huis is, wordt samen met landgenoten Dumoulin en Kruiswijk als een van de smaakmakers gezien. Maar deze dagen dwalen de gedachten nog wel eens af naar collega renner Michele Scarponi, die twee weken geleden omkwam bij een ongeluk. Het kostte Mollema moeite om dit weer van zich af te zetten. “Vooral de eerste dagen dacht ik er veel aan. Ik heb tien jaar lang met hem in het peloton gefietst. Het was een aardige en graag geziene man. Vader van twee jonge kinderen. Dramatisch. Ja, dat neem ik ook wel mee op de fiets, al begint dat nu wel weer minder te worden. Bang word ik er niet van. Wij zijn als renners kwetsbaar, dat weet ik. Maar tegelijk weet ik ook dat ik situaties goed kan inschatten en let er altijd goed op hoe anderen zich in het verkeer gedragen.” Nairo Quintana, Vincenzo Nibali, Ilnur Zakarin, Thibaut Pinot, Geraint Thomas, Mikel Landa. Allemaal kanshebbers voor de eindzege. Het belooft een spannende Giro te worden, maar Mollema gaat voor niets minder dan de winst. “Ik heb echt iets van, het moet nu maar gaan gebeuren. Ik voel me goed, heb me uitstekend voorbereid en als ik dezelfde vorm heb als vorig jaar tijdens de Tour de France doe ik voor niemand onder. Als ik het podium haal is de Giro geslaagd, maar stiekem ga ik gewoon voor de Roze Trui” De Trekvoorman verwacht dat in de derde week de beslissingen zullen vallen. “Dat wordt een loodzware week met vijf bergetappes en een tijdrit aan het einde. Ik verwacht dat deze week de kaarten geschud gaan worden.” Tot zijn spijt wordt ook tijdens de kampioenswedstrijd van Feyenoord, waar Mollema een fanatiek aanhanger van is,  gefietst en dus kan de wedstrijd niet live worden gevolgd. “Haha, ja dat is jammer. Of ik er tijdens de rit aan denk? Ik vraag me af of ik daar tijd voor heb, maar zodra ik over de finish ben zullen de verslaggevers van het AD me wel op de hoogte brengen. Ik hoop maar dat ze met een brede lach op me af komen.”
|

UIT DE KRANT