Grasbaanraces terug in Aduard

Afbeelding
ongenode gast

ADUARD - “Ik heb zelf eigenlijk niet zo veel met motorsport, maar dit is toch wel mooi hoor,” vertelt Klaas Rekers op het moment dat de ongenode gast uit de auto stapt. Zes jaar was het stil, zes jaar lang werden er geen grasbaanraces meer gehouden. Tot vandaag. Jellie Veenstra, secretaris van het bestuur van stichting grasbaan Aduard is content. “Ja, mooi natuurlijk. We zijn hier heel blij dat de races eindelijk terug zijn. Dat is voor dorp heel erg goed” Het geluid van snerpende motoren komt de ongenode gast van verre tegemoet, want de trainingen voor de wedstrijden van vrijdagavond en zaterdag zijn in volle gang. Mannen op motoren scheuren op hoge snelheden langs het publiek dat achter de omheining op de grasbaan in Aduard staat. Romy Hamminga staat in motorpak langs de baan te kijken. “Ik ben net al even de baan op geweest, even de baan verkennen. Dat ging op zich wel goed. Ik race straks in de powergirls-klasse.” De modder en gras vliegen de ongenode gast om de oren, als de commentator door de luidspreker roept: “Je moet het maar durven, maar Jelle knalt hem net door de honderkilometerbarrière.”


Even verderop staat een groepje rijders te wachten tot het hun beurt is. Onder hen ook de 67-jarige Jetze Valkema, oud tweevoudig Nederlands Kampioen, die op zijn felgekleurde Suzuki 450 staat te wachten tot hij samen met de andere mannen in de 500-klasse de baan op mag. “Ik heb vroeger wel veel gewonnen, en doe ook al 22 jaar mee. Maar ik vind het nog steeds schitterend. We gaan zo gemiddeld 110 kilometer per uur, dat is inclusief de bochten, dus ga maar na.” De ongenode gast verlaat de baan en loopt naar een grasveld achter de baan dat is ingericht als één grote pitstraat, waar voor de auto’s, trailers, en vrachtwagens druk aan de motoren gesleuteld wordt. Ook Marten Dragtsma zit op zijn knieën bij een motor. “Er moet achter eigenlijk even een ander tandwiel op. Ik ben de monteur van mijn zoon, die rijdt al zes jaar mee. Maar hij zei dat de motor op het rechte stuk eigenlijk veel te vroeg de begrenzer in knalde, dus er moet nog wel even wat gebeuren.” Dat er veel moet gebeuren, is goed voor Hennie Engel, die met een standje vol onderdelen klaar staat om iedereen te helpen. “Ik kijk wel even. Volgens mij heb ik nog wel een tandwiel 46 achter, hoor,” zegt ze tegen een klant. Of anders een veertien voor.” Ze staat, zo zegt ze, al jaren ieder weekend bij de grasbaanraces, samen met haar man. “Die staat even verderop bij de baan, de jongens en meiden advies te geven, en ik pas hier dan op de winkel.”


Op dat moment schalt de stem van de omroeper door de luidspreker. “En met deze laatste ronde is de training voorbij, we gaan zo meteen verder met de wedstrijden.” En zo keert de rust voor even weder in Aduard. Maar niet voor lang: vanavond en zaterdag de hele dag zal de lucht in en rondom Aduard gevuld worden met een kakofonie van scherpende motoren en juichend publiek, en dát, is na zes jaar afwezigheid een welkom geluid.

UIT DE KRANT