Hoe gaan ondernemers in het Streekgebied om met de coronacrisis?

|||
||| Foto: |||
Nieuws

STREEK – Al meer dan drie maanden heerst het coronavirus in ons land. Vele bedrijven hebben halverwege maart noodgedwongen hun deuren moeten sluiten, maar inmiddels zijn de meeste weer geopend. Onlangs gingen horecagelegenheden weer open en per 1 juli mogen onder andere ook sportschoolhouders hun werkzaamheden weer uitvoeren. Bedrijven in verschillende branches hoefden de afgelopen tijd niet verplicht dicht, maar een aantal van hen hebben het toch ontzettend zwaar (gehad). Deze week maakte de Streekkrant opnieuw een rondje langs verschillende ondernemers. Hoe gaan zij om met de coronacrisis?

Bij Vers in Grijpskerk is het ondanks de coronacrisis behoorlijk druk geweest. Eigenaar Gerard Beiboer was begin maart wel bang dat hij wellicht zijn zaak moest sluiten, maar gelukkig voor hem kon hij gewoon zijn producten blijven verkopen. “Ik merkte wel dat klanten in het begin heel voorzichtig waren”, vertelt Beiboer. “Maar uiteindelijk hebben mensen toch eten nodig en daarvoor kwamen ze dan liever bij ons dan bij een supermarkt, omdat het daar heel erg druk was”. Na enkele ‘afwachtende’ dagen werd het ook bij Vers in Grijpskerk drukker en drukker. In de winkel was het een komen en gaan van mensen, waardoor het zelfs drukker was dan normaal gesproken. “Je merkte echt dat mensen veel in eigen dorp hun boodschappen gingen doen en hierbij ook kwaliteit verkozen boven een goedkope prijs. Mensen konden bijvoorbeeld niet naar de horeca, maar wilden wel lekker eten. Hiervoor kochten ze bij ons wat extra’s”.

Doordat er gedurende de coronacrisis vele mensen bij de zaak van Beiboer over de vloer kwamen, moest de eigenaar uiteraard ook voor een veilige omgeving zorgen. Daarom zijn er gelijk bij het afkondigen van de coronamaatregelen aanpassingen gedaan in de winkel. “Zo hebben we onder andere een maximaal aantal klanten van drie personen in de zaak en maken we extra schoon”, laat Beiboer weten. “Eerder dit jaar hebben we de winkel al verbouwd, waardoor het houden van anderhalve meter afstand wat gemakkelijker werd”. Op alle stress na is Vers in Grijpskerk de coronacrisis vooralsnog dus goed doorgekomen. Voor de toekomst durft Beiboer nog geen voorspelling te doen. “Dat is echt koffiedik kijken. We moeten de komende weken gewoon voorzichtig zijn en hopen op het beste”, aldus de eigenaar.

Een zaak die wel veel gemerkt heeft van de coronacrisis is Palingrokerij Gaele Postma in Zoutkamp. Gelijk na het afkondigen van de coronamaatregelen moesten eigenaars Gaele Postma en Alma Postma hun zaak 2,5 week sluiten. “Wij zijn een horecagelegenheid en moesten dus verplicht dicht”, vertelt Alma. “Begin april zijn we uiteindelijk weer opengegaan, maar op dat moment mochten klanten nog niet bij ons binnen zitten. Men kon een bestelling doorgeven en deze vervolgens afhalen en thuis opeten of de maaltijd op het muurtje aan het water nuttigen”. Tijdens de coronacrisis maakte de viszaak wel aanspraak op de tegemoetkoming van de overheid, maar volgens Gaele is dat zeker geen vetpot. “Met de 4000 euro kon ik mijn vaste lasten nog niet betalen, dus dat was vrij lastig. Ik vind het daarnaast moeilijk om te begrijpen dat er regels worden bedacht, maar dat de overheid niet stilstaat bij de consequenties daarvan. De economische gevolgen zijn namelijk ook gigantisch”.

De palingrokerij in Zoutkamp heeft, sinds de opening, mazzel gehad met het mooie weer. Hierdoor werd het in het dorp weer wat drukker, wat positieve gevolgen had voor Gaele Postma. “We merkten dat toen we weer open waren, mensen het ons echt gunden. Men kocht liever een verse vis dan dat ze wat uit de supermarkt haalden”, aldus Gaele. Inmiddels is het ‘normale leven’ weer wat opgepakt en kunnen klanten van de palingrokerij hun maaltijd ook weer binnen nuttigen. Echter staan alle tafeltjes wel wat verder uit elkaar, zodat het houden van anderhalve meter afstand mogelijk is. “We zijn nu wel weer een stuk positiever, maar we hebben natuurlijk behoorlijk wat omzet gemist. Onder andere Hemelvaartsdag en Pinksteren hebben we gemist en dat zijn normaliter drukke dagen, omdat er dan ook vele toeristen in het dorp zijn. Die omzet maken we dit jaar helaas niet meer goed”. Doordat vele mensen in eigen land op vakantie gaan, verwachten de eigenaars wel dat de zaak straks wel weer als voorheen gaat draaien. “De campings zijn weer open en ook de bootjes varen weer. Het is nu alweer wat drukker en we hopen dat dat de komende weken alleen maar gaat toenemen”, aldus Alma.

Bij de pakken neerzitten over de gemiste omzet willen de eigenaars verder niet. Alma: “Wij redden ons wel, maar ik vind het vooral onmenselijk voor onder andere de ouderen, die hun opa en oma niet kunnen zien. Dat is verschrikkelijk”.

Net als Palingrokerij Gaele Postma is ook de Pearle in Zuidhorn tijdens de coronacrisis even dicht geweest. “Dat komt vooral omdat we niet zoveel konden”, vertelt bedrijfsleider Patrick Geertsema. “Bij bijvoorbeeld het meten van de ogen kunnen we geen anderhalve meter afstand bewaren. Vanuit Pearle (landelijk) werd toen besloten om onze winkels dicht te gooien”. Terwijl de zaak in Zuidhorn dus gesloten was, was er wel gewoon personeel aanwezig. De opticien was er op die manier wel voor mensen die op dat moment echt hulp nodig hadden. “Bij noodgevallen konden mensen contact met ons opnemen. Wij hebben ook een vitaal beroep, dus vandaar dat we er al die tijd toch gewoon waren”.

Inmiddels gaat het ook bij Pearle weer wat makkelijker. De zaak in Zuidhorn is alweer enkele weken geopend en bij de opticien zijn de nodige maatregelen genomen. “Zo werken we onder andere met handschoentjes aan, zijn er mondkapjes, staan er schermen in de meetruimte en hebben we vele nieuwe apparatuur, waardoor we veiliger en verantwoorder kunnen werken. Het werk blijft hetzelfde, maar de veiligheid van zowel onszelf al van de klant wordt nu nog meer gewaarborgd”. Toen de Pearle in Zuidhorn gesloten was, bedacht men wel een mooie actie om de zorg wat hulp te bieden. Geertsema: “Normaal geven we met de jaarwisseling vuurwerkbrillen weg, maar we hebben deze nu terug ingezameld. Deze hebben we volledig gedesinfecteerd en geschonken aan het zorgpersoneel, zodat deze daar hergebruikt konden worden. Een prachtig initiatief!”

Een zaak die tijdens de coronacrisis niet dicht is geweest, is Van Hoving Woninginrichting in Grootegast. Eigenaar Jannie van Hoving kon wel duidelijk merken dat er wat gebeurde in de samenleving. “Vooral de eerste veertien dagen was het ook bij ons ontzettend rustig”, laat ze weten. “Maar al vrij snel daarna trok het weer wat aan. Wij hebben een vrij ruime winkel, dus het houden van afstand is natuurlijk ook vrij gemakkelijk. Daarnaast komt het eigenlijk nooit voor dat er twintig klanten tegelijkertijd in de winkel zijn, dus samenscholing is ook niet voorgekomen”. Klanten die toch liever niet met andere mensen tegelijk in de winkel wilden zijn, konden een één-op-één afspraak maken. “Voor ons werk komen wij ook bij mensen thuis om bijvoorbeeld vloeren te leggen. Daar hebben wij gelukkig ook geen problemen mee gehad”.

Van Hoving Woninginrichting in Grootegast bestaat al sinds 1917. Van Hoving is de derde generatie en Jannie doet haar werk altijd met veel plezier. “Ook ondanks de coronacrisis ga ik altijd met plezier naar mijn werk. Het is jarenlang mijn lust en leven geweest en daardoor heb ik het ook makkelijk kunnen volhouden”. Klanten kunnen ook de komende tijd ‘gewoon’ veilig shoppen bij de zaak in Grootegast. Van Hoving is van woensdag tot en met vrijdag geopend van 10.00 tot 17.00 uur en op zaterdag van 10.00 tot 16.00 uur.

“Mensen willen in hun eigen dorp boodschappen doen en kiezen echt voor kwaliteit”



|||
|||
|||

UIT DE KRANT