‘Je weet nooit van tevoren of je de overkant haalt of in het water valt’
NIEHOVE- Vroeger klom ze al naar boven in de lantaarnpaal voor het huis van haar opa en oma. Tegenwoordig klimt ze omhoog op een polsstok. De 11-jarige Femke Rispens uit Niehove werd zaterdag tweede op de fierljepwedstrijd in Grijpskerk. Met een sprong van 12,17 meter verbeterde ze zelfs haar persoonlijke record. “Het leukste was dat ik een goede sprong had en dat iedereen begon te juichen.”
Femke wikkelt de zwarte fietsbinnenband nauwkeurig om haar voet. “Daarmee heb ik meer grip op de paal. Hij moet om één voet, de andere voet gebruik je om te klimmen zodat je zo hoog mogelijk komt,” legt de fierljepper uit. De fietsband en haar handen spuit ze in met hars, wat ook voor meer grip zorgt.
Al drie jaar doet Femke aan fierljeppen, ook wel polsstokverspringen genoemd. Ze had eerst geen idee wat de sport inhield totdat ze op school een brief kreeg over sporthoppen, waarbij kinderen tussen de 4 en 13 jaar in de gemeente Zuidhorn kunnen kennismaken met een sport. “In die brief stonden sporten waaruit je kon kiezen. Daar stond ook fierljeppen op en ik wist eigenlijk niet wat het was. Maar in Grijpskerk zag ik overal borden staan over fierljeppen en dat leek me leuk dus wilde ik het proberen.” Op maandag- en dinsdagavond traint Femke bij de fierljepvereniging in Grijpskerk. Het is de enige fierljepvereniging in de provincie Groningen. Naast trainingen doet ze ook mee met wedstrijden in Grijpskerk, Burgum, Buitenpost en Winsum. “Je moet een aanloop nemen, je aan de stok optrekken, doorzwaaien en dan klimmen om zo ver mogelijk in het zand terecht te komen,” vertelt Femke.
Volgens haar gebeurt die aanloop vanaf een schans. Het einde van de schans is een soort houten steiger boven het water. Fierljeppers rennen daarover heen en springen vanaf daar in de stok die scheef in het water staat. Bij een wedstrijd mogen ze drie keer springen. “De eerste sprong is echt om te proberen, bij de tweede sprong doe je je best en bij de derde sprong geef je alles wat je hebt. De verste sprong telt,” zegt de fierljepster. Tijdens de sprong buigt de stok onder het gewicht van de springer naar het zandbed aan de overkant. Femke vertelt dat het belangrijk is om niet te hard of juist te zacht te springen. Als je te hard springt, kun je niet meer klimmen. “Maar als je te zacht springt dan kom je niet over het dode punt. Dan blijf je in de lucht hangen en dan veer je weer terug. Als dat gebeurt moet je de stok loslaten,” zegt de recordbreekster.
Femke is dit jaar gepromoveerd naar de tweede klasse in de categorie meisjes tot en met 16 jaar. “Dan spring je van de grote schansen,” legt haar moeder uit. De fierljepster doet nog wel in de derde klasse mee aan het Nederlands Kampioenschap Fierljeppen Jeugd op 5 september in Grijpskerk. “Dat mag nog tot en met 12 jaar,” zegt de 11-jarige polsstokverspringster. Ze kijkt uit naar het Kampioenschap. “Ik ben benieuwd hoe ver ik kom. Ik wil graag 9 of 10 meter springen en ik hoop dat ik eerste word.” Met de sport wil ze graag nog naar de eerste klasse. “Dat is de topklasse waar de beste fierljeppers inzitten.”
Het fierljeppen gebeurt volgens haar moeder vooral in de zomerperiode. “In april of mei begint het seizoen en dat duurt tot en met september. Het is echt een zomersport.” Het leukste aan het fierljeppen vindt Femke het klimmen in de stok en dat je eigenlijk nooit weet wat er gaat gebeuren. “Je weet nooit van tevoren of je de overkant haalt of in het water valt.”
