Maria’s Mooie Mensen 329

maria's mooie mensen
Afgelopen week kreeg ik te horen dat ik geen ‘aanrecht-moeder’ ben, en inderdaad, ik kan niet heel blij worden van het huishouden en alles wat daarbij komt kijken. Met overtreffende trap heb ik wel een hekel aan het koken. Het is een noodzakelijk kwaad waar ik me elke dag weer opnieuw aan waag en waar ik zelden een tevreden gevoel aan over kan houden. Nadat manlief de muur onder de spinazie achterliet na een kookbeurtje – let wel, deze muur is zeker een meter verder dan de kookplaat – besloot ik dat het beter was voor ons huis en mijn gemoedsrust dat ik voortaan het koken op me zou nemen, maar van harte gaat dit niet. Sinds we kinderen hebben, heeft het koken een andere dimensie gekregen en een ander eindresultaat. Nou aten wij nooit heel uitgebreid of exotisch, maar inmiddels zijn uitstapjes naar wat nieuws uit den boze. ‘Lust ik niet’ klinkt het al snel bij de dames als ik ook maar enigszins afwijk van de gebaande paden. Dit in combinatie met mijn ook al niet geringe afkeer van boodschappen doen, waardoor ik de boodschappen tegenwoordig één keer per week thuis laat bezorgen, heeft er toe geleid dat we zijn verzand in een bepaald ritme van avondeten wat er bijna elke week weer hetzelfde uit ziet. Is het maandag, dan kun je er bijna prat op dat wij roerbakgroenten uit de diepvries eten, op dinsdag is het vaak bloemkool en woensdags weer spinazie. Dan volgen nog de sla, wortels en spruiten en alles uiteraard keurig met aardappels en vlees. Eén keer per week een uitspatting met vis, één keer per week pasta. Weinig boeiends is er aan dit patroon, maar wonderlijk genoeg werkt het voor ons wel. Het lukt me prima dit eten in een minuutje of dertig op tafel te toveren en zelden gebeurt het dat ik de borden neerzet en de dames direct al roepen ‘dit hoef ik niet’. En dat is maar goed ook, want als ik net een half uur heb moeten lijden aan dat aanrecht en het eerste wat ik vervolgens hoor is ‘hoef ik niet’ dan kan het maar zo zijn dat ik met bord en al naar de prullenbak loop en alles weg mik. Oudste dochterlief deed ooit zo moeilijk met het avondeten dat ze van ons niet meer mee mocht eten – een geniaal trucje waarna ze at als een grote. Een nieuw jaar, nieuwe kansen en dus nam ik me voor wat variatie in ons eetpatroon te brengen. Elke week wat nieuws te proberen, te starten met een bloemkool-ovenschotel met pasta erin. Bloemkool eten ze, pasta eten ze: moet erin gaan. Het maken bleek even zweten en de door mij zo gehate dagelijkse twintig minuten achter het fornuis werden er 45. Tevreden kon ik vervolgens manlief een foto doorsturen van een ovenschotel die op pinterest niet zou misstaan met daarbij de veelbetekenende tekst: ‘ik heb eens mijn best gedaan’. De dames dachten er anders over. ‘Hoef ik niet’, ‘lust ik niet’ en ‘ziet er vies uit’ klonk het om me heen. Dreigementen, de prullenbak, niks hielp om ze verder te krijgen dan twee happen van mijn culinaire hoogtepunt. Ik heb het brood tevoorschijn gehaald, de hagels en de dames aten zoals ze nog nooit hebben gedaan. Het variëren heb ik de week erna maar beperkt tot een nieuw pastasausje. Ik denk dat ik deze week maar eens ga voor een vega-burger. Spannend genoeg voor ons.

UIT DE KRANT

Lees ook