Mien Toentje

||||||||||||||||
|||||||||||||||| Foto: ||||||||||||||||
ongenode gast

Wat: De gezamenlijke tuin van Zonnehuis Oostergast


Waar: Zuidhorn


Wie: Vrijwilligers Gerda, Lineke, Janny, Marian, Rina, Altinie en Harry (en alle ontbrekende vrijwilligers)



ZUIDHORN - De Ongenode Gast geniet van een welverdiende vakantie. Waar de één gaat voor zon, zee en strand in een Zuid-Europese badplaats, zijn er ook velen die dichterbij huis hun vrije dagen doorbrengen. ‘Tuinlandia’ oftewel ‘Mien Toentje’ is voor velen de meest heerlijke plek om te vertoeven. Deze zomer bezocht de Streekkrant een aantal ‘toentjes’ in het Westerkwartier.


Het begon allemaal met een bezoek van de tuinclub. Het was een van de leden van de club opgevallen dat de tuin van het Zonnehuis wel een extra handje kon gebruiken. Bovendien kwamen er geluiden vanuit de bewoners dat ze het werken in de tuin misten. Rina, inmiddels met pensioen en vrijwilliger in de tuin, werkte toen het idee voor het herinrichten van de tuin ontstond, nog als receptioniste bij het Zonnehuis. Ze gooide een balletje op in het team. Er werd meteen enthousiast gereageerd. ‘Ons doel was en is nog steeds om samen met een groep vrijwilligers en de bewoners van het Zonnehuis de tuin te onderhouden. Al helpen de bewoners maar twee minuten mee door dode bladeren te verwijderen van bijvoorbeeld bloemen, ze zijn daardoor wel buiten in de frisse lucht. We kregen overigens gelijk alle medewerking vanuit het Zonnehuis,’ vertelt Rina. ‘Ze zeiden: koop maar tuingereedschap en maak vooral ook gebruik van de schuur.’


Altinie vult aan: ‘Het heeft wat gekost, maar inmiddels hebben we ook een sproei-installatie. Voor die tijd liepen we van binnen naar buiten met emmers en gieters heen en weer.’


Niets gelogen: de tuin ziet er prachtig uit. Er is geen onkruid te bekennen, dit in groot contrast met de tuin van ondergetekende. De Zonnehuistuin wordt omlijst door stenen bakken met allerlei bloemen. Vooral de verbena springt in het oog, ze heeft een dieppaarse kleur die fel afsteekt tegen de groene grassoorten die erachter staan. De tuin is ingericht als een soort doolhof waar bezoekers en bewoners weg kunnen dromen tussen de bloemen en kruiden. Op twee plekken staan hoge houten bakken met vakken waarin verschillende groenten en kruiden zijn opgekweekt. Een oudere vrouw in een rolstoel is druk bezig om ‘kloetjes te kneden’. ‘Daarmee bedoelt ze dat ze de samengepakte klonten in de nieuwe aarde die wordt toegevoegd, los kneedt,’ vertelt Gerda. Verderop struint een man op leeftijd langs een van de houten bakken. Kritisch inspecteert hij de groenten en kruiden. De dode bladeren worden door hem behendig verwijderd.


Onze boodschap is vooral: ‘Je hoeft niets, je mag,’ zegt Gerda. ‘Dat is ook de kracht erachter, bewoners worden gestimuleerd ermee bezig te zijn wanneer ze er zin in hebben. Die laagdrempeligheid zorgt voor een ontspannen en positieve sfeer. Voor de vrijwilligers is dat overigens niet anders, alhoewel we wel een schema hebben opgesteld met wie wanneer aanwezig is, om de kwaliteit van de tuin te waarborgen.’


Terug naar het terras. In de tuin bevinden zich meerdere terrasjes met zitplekken. Grote parasols bieden schaduw aan wie liever even uit de zon zit. ‘We hebben al heel veel positieve reacties gekregen van bezoekers en omwonenden. Ze lopen vaak een extra rondje door de tuin, ook wanneer ze er niet per se doorheen hoeven,’ zegt vrijwilliger Gerda. De club tuinvrijwilligers bestaat nu uit zo’n dertien mensen. Wie denkt dat het met zoveel vrijwilligers weinig tijd kost heeft het goed mis. Rina heeft inmiddels een watergeefschema opgesteld. Naast het verwijderen van onkruid, het aanplanten van de eenjarige planten in de bakken en het verwijderen van de dode bladeren, komen er een hoop praktische zaken bij het onderhouden van zo’n grote tuin kijken. ‘Zo vonden we kort geleden een aantal peuken in de houten bakken. We hebben er toen een bordje bij geplaatst waarop stond ‘bah vies’. Dat hielp, sindsdien zijn we geen peuk meer tegengekomen,’ zegt Gerda. ‘Daarnaast komt er twee keer in jaar een bedrijf voor het grove onderhoud. De rest doen we allemaal zelf.’


Of ze nog wensen hebben voor de tuin? ‘Onze grote wens is dat steeds meer bewoners zich gestimuleerd zullen voelen om naar buiten te komen. Iedereen is welkom, ook gewoon voor een babbeltje,’ zegt Rina. ‘Verder zijn we bezig met borden voor in de tuin. We krijgen van bewoners regelmatig de vraag: hoe heet deze plant? En die andere? Hoe mooi is het wanneer ze straks een naam aan een plant kunnen koppelen.


Maar genoeg gekletst, ik ga weer even wat doen.’ Rina staat op en trekt haar tuinhandschoenen aan. Ook de rest komt in beweging. Tijd om de redactie weer op te zoeken. Gelukkig blijft de geur van lavendel nog lang in de neus hangen.

||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||
||||||||||||||||

UIT DE KRANT

Lees ook