Klimaatburgemeester - Wat zegt de geschiedenis over onze toekomst?

Afbeelding
facebook

Sjors van Broekhuizen is klimaatburgemeester van het Westerkwartier. In zijn stukken zal hij tips, kennis en overpeinzingen over duurzaamheid met lezers delen.
We zitten in een klimaatcrisis. De aarde warmt sneller op dan ooit en koerst af op 2,5 graad opwarming tegen het einde van deze eeuw. Maar hoe weten we dat; blijft die opwarming zomaar bestaan of gaat die ooit ook weer over?Dat zijn belangrijke vragen waarmee ik mij persoonlijk bezig heb gehouden. In 2013 en 2014 deed ik als student onderzoek naar het broeikasklimaat in het verleden, tijdens een bijzondere periode: de ‘Paleocene–Eocene Thermal Maximum’ (voor vrienden ‘PETM’). In die tijd, zo’n 56 miljoen jaar geleden, warmde de aarde sterk op door een snelle toename in broeikasgassen. Wat ik leerde van dat onderzoek, was zowel verontrustend als bijzonder nuttig.
Versteende aardbodem
Laat me je eerst meenemen in de basis achter dit onderzoek. Broeikasgassen in de lucht oefenen invloed uit op de chemische samenstelling van aardbodems. In de loop van miljoenen jaren, veranderen die bodems langzaam in steen. Door vervolgens de chemische samenstelling van die versteende bodems te onderzoeken is het mogelijk om te achterhalen hoeveel broeikasgas de lucht bevatte toen die bodem is gevormd. En om te bekijken hoe dit veranderde in de loop van de tijd.Dankzij chemische analyse van de bodems en gesteenten die in de tijd van de PETM ontstonden, weten we dat in een korte tijd de hoeveelheid broeikasgassen in de lucht sterk toenam en de aarde snel opwarmde. Klinkt bekend?
Overeenkomsten en verschillen met vroeger
Hoewel de situatie tijdens de PETM erg lijkt op wat we nu meemaken, zijn er een paar verschillen. Die broeikasperiode van 56 miljoen jaar geleden, ontstond langzamer dan die van nu. Dat duurde een paar duizend jaar. De toename van broeikasgassen en bijhorende opwarming gebeurt tegenwoordig in een bestek van een paar honderd jaar.Een ander belangrijk verschil is dat de oorzaak van de huidige broeikasperiode ligt bij menselijke activiteit. En hoewel 56 miljoen jaar terug ook al primaten bestonden, kunnen we hen moeilijk de schuld geven. De primaten van toen hadden het formaat van een kleine marmot en reden nog niet rond in auto’s en bouwden ook geen grote fabrieken.
Tropische planten op de Noordpool
Niemand weet precies wat wél de oorzaak was van de PETM, maar de kans is groot dat een combinatie van oorzaken de boosdoener was. De belangrijkste verdachten: vulkanisme en methaan van de zeebodem dat vrijkwam door verstoring van oceaanstromen en -temperaturen. Zo lang na dato is dat allemaal lastig te achterhalen. Maar dát de hoeveelheid broeikasgassen in de lucht toenam is duidelijk uit de genoemde chemische analyses. En dat het klimaat opwarmde blijkt ook uit andere bewijzen. Denk daarbij onder meer aan meetresultaten uit oceaanbodems, de samenstelling van gesteenten uit die tijd en bijvoorbeeld subtropische plantenresten bij de Noordpool.Maar ja, tegenwoordig leven er geen subtropische planten meer op de Noordpool. Dus de PETM moet ooit voorbij zijn gegaan. En ook dat zien onderzoekers bij chemische analyses van de gesteenten en bodems die ontstonden na de start van de PETM. Na ongeveer 100.000 jaar begon de hoeveelheid broeikasgas in de lucht langzaam af te nemen. En na nog eens zoveel tijd lag die weer op het oude niveau. Aan fossielen en sedimenten zien onderzoekers ook dat de temperatuur weer daalde. De aarde had dus zo’n 200.000 jaar nodig om te herstellen.
Flinke impact

Van al deze inzichten kunnen we veel leren. Met de studies naar dat soort vroegere broeikasklimaten in combinatie met alle metingen van de afgelopen eeuw kunnen huidige meteorologen hun weer- en klimaatmodellen nauwkeuriger maken. Zo weten zij steeds beter hoe het klimaat te voorspellen. Dus ook wat de impact van klimaatverandering is. En die is nogal flink.


We stevenen af op een massa-uitsterving van dieren en planten. We bewegen naar een grootschalige opwarming die woongebieden en voedselvoorziening bedreigt. En als dat nog tweehonderdduizend jaar moet duren, kunnen we die impact maar beter zo veel als mogelijk beperken.
Er is wel een belangrijk voordeel: wij zijn dit keer als mens de veroorzaker van klimaatverandering, dus wij kunnen ook de oplossing zijn. Alle reden om samen de schouders eronder te zetten en allemaal ons steentje bij te dragen. Het verleden geeft ons een blik op de toekomst, maar in het nu bepalen we of dat werkelijkheid wordt.

UIT DE KRANT

Lees ook