Stichting Beheer Sportpark De Leegens gaat toekomst onbevreesd tegemoet
“Direct een interland op het kunstgrasveld is natuurlijk prachtig”
GROOTEGAST – Nog maar een paar dagen en dan is het zover: de officiële opening van het nieuwe kunstgrasveld in Grootegast. Het eigendom hiervan ligt bij de Stichting Beheer Sportpark De Leegens die na de oprichting er hard aan gewerkt heeft het beheer goed op poten te zetten. Nu dat goed staat, kan voorzitter Marten Hazenberg tevreden zeggen dat hij de toekomst onbevreesd tegemoet gaat. En dat hij uitkijkt naar de officiële opening, welke door een heuse interlandwedstrijd volgens hem direct een “gedenkwaardig moment” wordt.
Zelf zat Hazenberg al in het bestuur van de FC Grootegast toen de gesprekken over het nieuwe kunstgrasveld begonnen. “Toen ik besloot het bestuur te verlaten, heb ik dit stukje portefeuille gehouden”, vertelt hij, “en dus ben ik met de gemeente in gesprek gebleven. Toen we uiteindelijk zover waren om de stichting op te richten, keek iedereen logischerwijs naar mij en zei: ‘jij kan ook wel voorzitter worden’”, lacht hij.
Het oprichten van een stichting voor het beheer van de velden was een ‘eis’ van de gemeente. “Zij wilden best met ons meedenken of het haalbaar was een kunstgrasveld aan te leggen, maar wilden dan wel dat het beheer in een stichting werd ondergebracht, omdat het een voordeel qua kosten oplevert. Ten eerste omdat er dan meer met vrijwilligers zal worden gedaan, maar ook omdat een stichting niet btw-plichtig is.” Hoewel het voor de gemeente een uitgemaakte zaak was, was het oprichten van een stichting voor het beheer van de velden dat nog niet voor de overige betrokkenen. “Er waren twee belangrijke zaken die we eerst voor elkaar moesten hebben”, vertelt Hazenberg. “Aangezien de enige bron van inkomsten de huur van de gebruikers zou zijn, was het van belang dat er door de gemeente wel een jaarlijkse exploitatiebijdrage zou komen. Daarnaast hadden we natuurlijk vrijwilligers nodig om een dergelijke stichting te kunnen draaien. Het moet wel allemaal gebeuren. En dus is er een bijeenkomst belegd onder leden van de voetbalverenigingen met als belangrijkste vraag: staan jullie hier achter?”
Beide vraagstukken uit de weg geruimd, was de oprichting al snel een feit. De stichting is onafhankelijk, in het bezit van drie grasspeelvelden en het kunstgrasveld en heeft als huurders de voetbalverenigingen FC Grootegast, GVB en de RSG de Borgen, de basisschool en de Ite Hoolsma Voetbalacademie. Ook in het bestuur wil de stichting graag een afspiegeling zijn van deze samenstelling, maar momenteel stelt vooral de FC Grootegast zich erg actief op. “Voor GVB hebben we wel een plekje vrij, hoor”, benadrukt Hazenberg. En het was dus ook FC Grootegast die met het idee voor de opening kwam. “Normaal geven ze ieder jaar een feest aan het einde van het seizoen, maar door de werkzaamheden aan de velden kwam dit te vervallen. Toen de interland tegen Tuvalu op hun pad kwam, opperden ze dat als een leuke opening voor het kunstgrasveld. Daaromheen hebben ze zelf een feestdag gebouwd, maar wij zullen aan de opening van het kunstgrasveld nog even een speciaal tintje geven. En dan volgt natuurlijk de eerste wedstrijd; direct een interland, dat is super. Ik denk dat het echt een gedenkwaardig moment is”, vertelt Hazenberg trots. “Dat je zoiets als eerste activiteit kunt bieden, is iets waar nog lang over nagepraat wordt.”
Zoals gezegd ziet hij de toekomst onbevreesd tegemoet. “Wij hebben direct gezegd dat we niet meer afhankelijk willen zijn van subsidie van de gemeente. Je moet niet steeds weer je handje op moeten houden. Gelukkig hebben we een goede deal met Oranjewoud kunnen maken, zodat er voldoende geld over is om alles te realiseren. Daarnaast hebben we via een samenwerkingsovereenkomst met De Zijlen een prachtige manier gevonden om het dagelijks onderhoud onder te brengen. Hun cliënten doen een aantal werkzaamheden zoals snoeien en prullenbakken legen in de zin van dagbesteding. Hartstikke mooi. Een aantal van de jongens is helemaal voetbalgek en zijn zo blij om dan op zo’n veld bezig te kunnen zijn.”