Ik wil u als lezer van deze krant van harte feliciteren. U, plattelandsbewoner, bent maar liefst twee procent (!) gelukkiger dan de doorsnee stadjer: 82 procent bij u in het dorp tegen 80 procent in de Grote Boze Stad. Ligt uw dorp dichter bij de stad, dan voelt zelfs 86 procent waaronder zeker & vast ook ú en uw gezin zich hartstikke happy. Want u geniet van de rust, de natuur & de stilte om u heen. En van de behulpzaamheid van uw buren, het naober(Drents)- dan wel noaber(Gronings)schap en volgens mij heet dat in het Fries ‘buorreplicht’. Wilt u als dorpeling iets bruisenders beleven, dan bent u als dicht-bij-de-Grote-Stad-bewoner zelfs spekkoper.
Dit alles heeft de ons regelmatig observerende en enquêterende Dorpenmonitor van het Sociaal en Cultureel Planbureau toch maar weer mooi voor ons uitgevogeld. Natuurlijk onderkent de Dorpenmonitor ook de problemen in afgelegen zogeheten ‘krimpdorpen’ waar de armoede en de werkeloosheid doorgaans hoger zijn dan in andere landsdelen. Maar zélfs in die krimpdorpen leven de mensen gezapig en heel tevreden. Volgens de enquête.
Is dat mooi of niet? Hartelijk dank dus voor al deze gerust makende constateringen. Dat steekt ons dorpelingen toch maar mooi een hart onder de riem. Hoewel, de Dorpenmonitor constateert ook dat wij dorpsbewoners doorgaans negatiever over allochtonen denken dan wereldser stedelingen. En dat wij, boeren en buitenlui, in het eggie helemaal niet hulpvaardiger zijn dan stedelingen, dat we echt niet vaker boodschappen voor de buren doen dan behulpzame stadjers. Sterker, dat gezonde dorpelingen vaak aanzienlijk minder contact hebben met hun hulpbehoevende oudere en/of gehandicapte medemens. Dat moeten we ons terdege aantrekken. Dit is allemaal uitgeplozen door de enquêteurs van Dorpenmonitor, hoewel die zijn in mijn ogen ietwat Maurice de Hond-achtige conclusies maar op een beperkt aantal geïnterviewden baseert.
Laten we positief zijn: de Dorpenmonitor schetst in grote lijnen een gunstig beeld van het platteland. Met weliswaar ook oog voor schaalvergroting waardoor steeds meer voorzieningen zullen verdwijnen. Daar weten wij, dorpelingen, inmiddels al veel van. Eén aspect laat de Dorpenmonitor echter nog steeds onbeantwoord: Of wonen op het platteland een recht of een voorrecht is. Iets voor de volgende Dorpenmonitor misschien?