Voormalige Aquaflipper bouwt na succesvolle jaren nu af

|
| Foto: |
geen categorie

Terugblikken en vooruitkijken met Rudy Ted de Haan

GRONINGEN – Rudy Ted de Haan was jarenlang één van de meest succesvolle zwemmers van de Aquaflippers. Vijf jaar geleden meldde de vereniging trots dat hij zich had weten te plaatsen voor het EK kortebaan zwemmen in Hongarije. Zijn naam stond tussen al die andere klinkende namen, die we zo vlak na de Olympische Spelen allemaal nog goed kennen. Wat te denken van Pieter van den Hoogeband, Marleen Veldhuis en Ranomi Kromowidjojo? En wat van Rudy Ted de Haan? Na kort speurwerk zocht de Streekkrant hem op in Groningen.

Zelf komt Rudy Ted uit Hoogkerk en kwam hij pas met de Aquaflippers in aanraking toen zijn broer daar als hoofdtrainer aan de slag ging. Daarvoor al zwom hij fanatiek. “Mijn broer heeft een cursus gedaan en volgens mij heeft hij stage gelopen bij de Aquaflippers. Toen hij daar ook aan de slag kon als hoofdtrainer wou hij goede zwemmers meenemen.” Samen met 5 à 6 man vormde Rudy Ted Aquaflippers team Groningen. Een succesvol seniorenteam, dat gedreven en ambitieus was. “Het was een klein team van goede zwemmers. We waren vooral gericht op kwaliteit. Ons doel was om zo goed mogelijk op de Nederlandse Kampioenschappen te presteren. Ik geloof ook dat we bij de Aquaflippers, sinds wij daar zwommen, vanaf 2003, elk jaar gepromoveerd zijn.

Het doel van het team was wel om uiteindelijk op eigen benen te staan. “In de tijd dat we bij de Aquaflippers hoorden was dat ook wel heel handig, omdat het een stukje organisatie scheelde. Je hebt toch een bestuur nodig en bijvoorbeeld iemand die je inschrijft bij wedstrijden. Maar we wilden uiteindelijk graag zelfstandig verder als team Groningen. Vooral omdat het dan ook makkelijker wordt om een sponsor te vinden. En die heb je gewoon nodig. Anders is de sport niet te betalen. De huur van het zwembad, inschrijven op wedstrijden, er heen, overnachten enzovoort, het kost allemaal geld. In december 2007 zijn we onder onze eigen naam verder gaan.”

De Aquaflippers zijn, zoals iedereen wel weet, vorig jaar ter ziele gegaan. “Ja, jammer. Vooral omdat de Waterborgh nog wel tot eind van dit jaar open is. Ze hadden misschien nog wel even door kunnen gaan. Zelf train ik momenteel wel weer in Zuidhorn. Dat is wel grappig ja, want in de tijd dat we voor de Aquaflippers zwommen, trainden wij juist altijd in Haren. Maar goed, ook dat bad staat onder druk en is nu gesloten.”

Rudy Ted heeft een aantal succesvolle jaren achter de rug. Hij is vijf keer Nederlands Kampioen geworden en werd zelfs afgelopen juni nog tweede op de Nederlandse Kampioenschappen. Tweemaal nam hij deel aan de Europese Kampioenschappen. Het geheim? “Trainen, trainen, trainen. Als wij trainen hebben we een trainer op de kant staan die continu kijkt of je het goed doet. Ik lag in die tijd 14 uur in de week in het water. Daarnaast moest ik ook nog heel wat trainen op de kant. In het krachthonk en ontspanningsoefeningen.”

Als hoogtepunt ziet hij het winnen van de gouden medaille met de estafetteploeg op het Nederlands Kampioenschap in 2007. “We wonnen de 4x 100 meter vrije slag. Ik zwom als laatste zwemmer de zwemmer die voor lag voorbij. Je bent een klein team en dat je dan met degenen met wie je elke dag traint, wint, dat vind ik het mooiste. Ook op de Europese Kampioenschappen was de estafette altijd mijn favoriete onderdeel.” Op de vraag of het niet juist een frustrerend onderdeel is, omdat je niet alles zelf in de hand hebt, kijkt Rudy Ted bijna verbaasd. “Nee, dat is nooit frustrerend. Je weet dat de anderen net zo hard trainen als jij. Het zou frustrerend zijn als ze op de training steken laten vallen. Je moet ervan uitgaan dat iedereen ervoor gaat. En het is de vorm van de dag. Sommigen trainen keihard, maar dan komt het er net op die dag niet uit.”

“Voor aankomend jaar heb ik niet meer de intentie om heel veel te zwemmen”, vertelt Rudy Ted over zijn toekomstplannen. Afkicken moet het zijn voor iemand die er altijd veel voor de topsport heeft gelaten. “Tja, nou ja, ik heb er altijd veel voor teruggekregen. Maar nu heb ik er meer om heen. Ik fitness nog altijd wel vier keer in de week, dus die lichamelijke beweging krijg ik wel. Verder werk ik als fitnessinstructeur, dus ik blijf met sport bezig.”

Ook het zwemmen houdt een belangrijke rol in zijn leven. “In november ben ik gestart met een zwemschool. Dat doe ik samen met mijn moeder, die ook altijd mijn zwemtrainster is geweest. Jongens die ik nog ken van het wedstrijdzwemmen zijn het concept Zweminstituut begonnen en dat sprak ons wel aan. Zij wouden wel in het noorden starten en dat is Vries geworden.” Voor de ‘gevestigde orde’ in Vries was de start van het Zweminstituut een schok, maar Rudy Ted ziet het zelf allemaal niet zo moeilijk. “Ik zie het niet als concurrentie. Wij werken met hele kleine groepen. Per zes kinderen hebben we een instructeur en daarnaast is er altijd één extra instructeur aanwezig om te helpen. We zijn gericht op kwaliteit en kunnen ieder kind bijna individueel begeleiden. Het is een hele andere opzet, maar dat is juist mooi. Iedereen moet kunnen kiezen. Voor de één werkt onze aanpak, de ander voelt zich juist beter in de grotere groepen. Wat ik het belangrijkste vind is dat iedereen op een goede manier leert zwemmen.” Daarbij vindt hij het wel leuk om de jeugd warm te maken voor ‘zijn’ sport. “Absoluut. Er zit ook wel talent tussen. Twee meisjes liggen zo natuurlijk in het water, ik heb wel tegen de ouders gezegd dat ze na het behalen van de diploma’s eigenlijk eens bij een zwemclub moeten meedoen. Of ik zelf ook als trainer aan de slag zou willen? Ik heb het wel een tijdje gedaan, maar de tijd hè? Wie weet.”

|

UIT DE KRANT