Plaats: Zwembad de Woldzoom

|||||||
||||||| Foto: |||||||
ongenode gast
Datum: woensdag 18 februari
Tijd: 9:00

GROOTEGAST – Een vroeg uitje dit keer, voor de ongenode gast. Om 9 uur draaiden we de auto het parkeerterrein van zwembad De Woldzoom op. En zoals verwacht, was die leeg. Net als het zwembad zelf. Waarschijnlijk zijn er weinig mensen die het in hun hoofd halen om –ergens half februari met 3 graden Celsius- even een kijkje te nemen bij het verwarmd openluchtbad van Grootegast.
Toch viel er een hoop te beleven, bleek al vrij snel. Met man en macht werkt iedere maandag en woensdag een noeste groep vrijwilligers er aan een nieuwe kiosk, werkplaats, nieuwe banken en allerhande werkzaamheden om het zwembad weer in concoursstaat te brengen. Voorzitter Aebe de Jong arriveert per fiets, stapt af en wrijft zijn handen warm. Arie van der Ploeg wandelt ook binnen. Zijn donkerblauwe muts heeft hij ver over zijn voorhoofd getrokken. Van der Ploeg is verantwoordelijk voor de grasmat van het zwembad. Maar omdat die er momenteel keurig onder een wit laagje vorst bijligt, schildert en timmert hij ook. Het Hoofd Gazon wil niet gekiekt worden door fotograaf Erik Veenstra, en loopt hard door. De ongenode gast is verbaasd over de enorme werkplaats in aanbouw. Dat is niet wat je direct bij een zwembad zou verwachten toch? Volgens vrijwilliger Jaap Homan wordt er heel wat in elkaar geklust bij het zwembad. “We ondernemen hier van alles. Tuinbanken van steigerhout bijvoorbeeld. Ook alle laswerk voor het bad doen we zelf”, vertelt Homan terwijl hij de ongenode gast voorop gaat naar het ‘hart van het zwembad’, zoals hij het noemt: de machinekamer. Wat er allemaal in de kamer -die wat weg heeft van het lab van Willy Wortel- gepropt staat, wordt uitgelegd door Aebe. “We pompen het water zelf op uit de grond, op zestig meter diepte. Dat water wordt gezuiverd in deze tanks. Hier wordt ook het chloor en zwavelzuur automatisch aan het water toegevoegd, legt hij uit, wijzend naar een paar blauwe kastjes met metertjes erop. “We meten de waterkwaliteit drie keer per dag. De grote tanks met chloor en zwavelzuur staan in een aparte ruimte hiernaast. En stoken doen we op snipperhout”, roept de voorzitter glunderend van trots omdat de schaarse euro’ s niet in het laatje van de energiereuzen verdwijnen. “Met deze enorme kachel hier verwarmen we het zwemwater.” Die kachel waarover Aebe spreekt is vermomd als blauwe zeecontainer. Het enige wat een warmtebron zou kunnen vermoeden is de zilverkleurige pijp erboven uittorent. “Als je dit zwembad wilt openhouden moet je de energiekosten binnen de perken houden én met vrijwilligers werken. Anders is het niet meer te betalen.” Dan ineens doet Aebe een fantastisch voorstel: “Laten we in de kantine een koffie drinken.” Dat lijkt de ongenode gast geen slecht idee, gezien zijn vingers pen en kladblok amper meer vast kunnen houden. Binnen, in de oude kantine die over een paar maanden werkplaats is, is het lekker warm. Kennelijk vinden vrijwilligers Henk Drent en Jan van Duinen dat ook. Zij zitten aan een lekker heet bakkie, shaggy op de lip. Ze hebben weinig met zwemmen. Helemaal niets zelfs. Je zult ze er niet in een gekleurde zwemslip tegen het lijf lopen. Ze zijn gepensioneerd en willen hun dagen niet achter de geraniums doorbrengen, zo luidt de verklaring van de mannen. Bovendien zijn hun vrouwen blij dat ze even zoek zijn. Wieger Douma en Gerwin van der Veen uit Lutjegast kunnen er wel om lachen. Zij werken voor Notebomers Bouwgroep aan de aanbouw van het zwembad. “Enkel de casco hoor”, meldt Aebe nog even tussendoor terwijl hij de sleutel in het slot van het gereedschaphok steekt. Daar hangen aan een grote houten triplexplaat de dop- en steeksleutels keurig van nummertje zes naar nummer tweeëntwintig naast elkaar.“Allemaal professioneel spul. Dat moet ook wel. Want als de vrijwilligers hier steeds naar huis moeten om goed gereedschap, werkt het natuurlijk niet. Maar je moet wel vrijwilligers hebben die wat kunnen hè? En in die gelukkige positie zitten we bij de Woldzoom. Ze zijn er nu niet allemaal, daarom wil ik ze toch even noemen. De gebroeders Jan en Ingbert Huistra zijn hier ook vaak te vinden, net als Henk van der Vaart, Jan Alsserda en Anne Hoekstra. En Feike Zuidema en Onno Bijlsma zijn hoofdverantwoordelijk voor het onderhoud van de machinekamer.” Rond 2 mei moet het bad er weer helemaal tiptop bij liggen, volgens hoofd planning Henk Drent. “Dan willen we open. En dat gaat helemaal goed komen. We liggen strak op schema.”

|||||||
|||||||
|||||||
|||||||
|||||||
|||||||
|||||||

UIT DE KRANT