Puur Natuur week 20 - 2015

Puur natuur

Het is april 2015. Op één van de struintochten door de Doezumermieden loop ik de route van het Pettenpad. Een route van ruim twee kilometer. Er is heel veel te zien. Aan het begin vanaf de grote parkeerplaats bij de werkschuur van Staatsbosbeheer loop ik langs een petgat met krabbenscheer. Heel voorzichtig steekt de plant zijn puntige ‘kop’ boven het water uit. In de winter ligt de krabbenscheer op de bodem. De larven van de groene glazenmaker hebben zich in deze plant genesteld. Deze libelle kan niet zonder de krabbenscheer. Daarom is de plant ook beschermd. De libelle zie ik nog niet. Dat duurt nog een poosje. De voorjaarsbloemen lachen me toe. Het speenkruid, de paardenbloem, de hondsdraf, te veel om op te noemen. Met nog een beetje meer warmte knallen de bloemen uit hun knoppen. Wat een prachtig gebied. Ik geniet ervan. Verder lopend kom ik bij de Lauwers. In de ‘oudheid’ een belangrijke rivier die ook dienst heeft gedaan als grensrivier tussen regio’s en nu nog tussen Groningen en Friesland. Ik wil verder naar mijn uiteindelijke doel. Nog even over de legakkers van de petgaten. Wat moeten de mensen daar vroeger hebben gezweten om het laagveen uit die petgaten te scheppen. De ‘baggels’ waren niet van hele hoge kwaliteit en menige kachel zag er door het zout in de ‘baggels’ verroest uit. Ik moet door en kom op een stukje trilveen. Even lekker stampen. De grond beweegt onder mijn voeten. Een heerlijk gevoel. Met een lange bamboestok probeer ik te weten te komen hoe diep het hier is. De stok verdwijnt bijna geheel in de drassige bodem. Eigenlijk loop ik op water. Waar heb ik dat eerder gehoord! Nog een klein stukje langs de Lauwers en dan weer naar de weg van de Peebos. Dwalend door het grasland kom ik aan een plek waar vroeger een huis heeft gestaan. Er staan enkele vruchtbomen. Eén van die bomen is mijn struindoel. Een holle boom. Ik ga in het gras zitten en begin te dagdromen. Wat kan er gebeurd zijn? Is de boom zo gegroeid? Zijn het oorspronkelijk twee bomen geweest? Hebben de kinderen die hier vroeger woonden er een gat in gemaakt? Is dit een vorm van natuurvernieling?
Zo kan ik nog wel een poosje doorgaan. Mijn gedachten gaan met me op de loop. Ik begin te fantaseren. De holle boom. Het kan de titel van een boek zijn. Er kan veel gebeuren in en om die holle boom. Ik zie er ’s nachts wezentjes rondlopen die met elkaar communiceren, een dansje doen of een spelletje. Ze maken vast geen ruzie. Het is een hele andere wereld waar er alleen maar genoten wordt en men elkaar de ruimte geeft. Ook zie ik de ‘baggelbeer’ rondscharrelen. De beer die in het verhaal van rasverteller Geert Zijlstra vaak ten tonele komt bij zijn vertellingen. Hier is de beer aardig en rustig. Doe ik mee aan wat er gebeurt in die fantastische verhalen? Ik zou wel willen, maar helaas is dat alleen in mijn dromen. Mijn advies is dan ook: ga eens lekker op een prachtige natuurplek in het gras of onder een boom zitten of liggen en laat uw gedachten de vrije loop. U bent verzekerd van verhalen en belevenissen. Heerlijk. Doen.      
Herman Woltjer, IVN Grootegast e.o.

UIT DE KRANT

Lees ook